Straatnamen W

Wachtendonkstraat; Het is een van de naar commandeurs van Gemert genoemde straten in de wijk Molenakker. Bertram Anton van Wachtendonk werd geboren in Germenzeel in 1674. Hij was een zoon van Arnold baron van Wachtendonk tot Germenzeel. In 1698 werd hij in Breslau (Wroclaw) opgenomen in de Duitse Ridderorde. In 1699 werd hij commandeur van Ramersdorf bij Bonn, in 1708 van St. Gilles te Aken en tenslotte in 1716 commandeur van Gemert. In zijn commanderijen is hij slechts weinig geweest. Wachtendonk maakte een opmerkelijke militaire carrière. Vanaf 1714 is hij commandant van de stad en provincie Luxemburg dat hij voor de keizer veroverde. In juli en augustus 1717 heeft hij als generaal-veldmaarschalk-luitenant een werkzaam aandeel in de verovering op de Turken van de onneembaar geachte vestingstad Belgrado. De Duitse Ordepastoor Gautius liet in Gemert ter herinnering aan deze triomf van de Gemertse commandeur in 1718 een nieuwe brandklok gieten met daarop Wachtendonk’s wapen en een zevenvoudig telkens jaaraangevend vers dat diens victorie ‘bezingt’. De gevierde generaal is slechts eenmaal in Gemert geweest. Hij overlijdt op 2 maart 1720 tijdens een expeditie per schip naar Sicilië. (GR 2-3-1953; BW 22-10-2008)

Walgraafseweg; Genoemd naar de waterloop ter plaatse de Walgraaf. De tot omstreeks 1950 dubbel uitgevoerde grensloop tussen Gemert en Beek en Donk functioneerde in vroeger eeuwen als een landweer. (GR 27-7-1967)

Wassenaarstraat; Het is één van de naar (land)commandeurs van Gemert genoemde straten in de wijk Molenakker. Hendrik van Wassenaar werd geboren in 1642 als zoon van Jacob van Wassenaar tot Warmond. Op 2 juli 1663 werd hij in de Gemertse kerk opgenomen als ridderlid in de Duitse Orde. In 1664 was hij als cornet, later ritmeester in de Ordescompagnie op veldtocht in Hongarije. Vanaf 1667 was hij achtereenvolgens commandeur van Gruitrode en van Bernissem. In 1684 werd Wassenaar commandeur van Gemert. Hij schonk de Gemertse kerk een orgel dat hij liet vervaardigen door de Gemertse orgelbouwer Joannes van Dijk. Een wapenbord dat nu hangt onder de balustrade van het oksaal in de kerk herinnert nog altijd aan deze schenking. Het orgel is in 1833 vervangen door het huidige orgel en werd verkocht/verhuisd naar Heeze. In 1690 promoveerde Wassenaar tot landcommandeur van Alden-Biezen, in welke kwaliteit hij de soevereine Vrijheer van Gemert werd. In die nieuwe kwaliteit maakte hij een testament waarin hij bepaalde dat na overlijden zijn hart begraven moest worden in de kapel van Handel. Aan de kapel schonk hij ook een hoeve en hij steunde de bouw van een nieuw priesterkoor. Hij overleed in 1709 in Alden Biesen maar in de noordgevel van de Handelse kerk bevindt zich zijn wapenschild in hardsteen dat naar alle waarschijnlijkheid heeft gediend als grafzerk voor het hart van Wassenaar. (GR 2-3-1953; BW 22-10-2008)

Waterlelie; Straatnaam in Uitbreidingsplan Doonheide-Zuid. In het hele plan “Doonheide” werd op een enkele uitzondering na, gekozen voor het geven van Gemertse en/of Brabantse namen van bloemen en kruiden. Aan ‘Waterlelie’ heeft één architect alle woningen voor de individuele opdrachtgevers ontworpen wat de samenhang en onderlinge verhoudingen versterkt heeft. (GR 1998/1999; GR 22-5-2002) [bron: Pieter van Nes, Doonheide, gezien door beeldmeester Pieter van Nes van de gemeente Gemert-Bakel, in: De Doonheide tussen keske en kapelleke, Gemert 2004.]  

 

Watermolen; In 1983 werd Gemerts straatnamenbestand uitgebreid met de straatnaam ‘Watermolen’. Door de bebouwing van Molenbroek werd de Beverdijk, een zandweg die van oudsher van de Hoeve Beverdijk (schuin tegenover het Sint-Tunniskapelleke in de Deel) voerde naar Haageijk, onderbroken. Het noordelijk deel behield de naam Beverdijk, terwijl het zuidelijke deel de naam kreeg van ‘Watermolen’, een naam die herinnert aan een ter plaatse in de jaren 1209/1210 gebouwde watermolen op het riviertje De Rips. Deze watermolen, Gemerts’oudste molen, werd gebouwd in 1209/1210 en is tot in de 16de eeuw geëxploiteerd. Met alle waterwerken is het een dermate structuurbepalend element geweest bij zowel ontstaan als uitbouw van Gemert-kern, dat de herinnering daaraan in de straatbenaming beschouwd kan worden als een verrijking van wat men wel pleegt aan te duiden als ‘historische stadskern’. [bronnen: Ad Otten, Watermolen en Beverdijk – achtergronden van een nieuwe en een oude straatnaam, in: Gemerts Heem 1985 nr.2; idem themanuumer GH 1998 nr.4 ‘De Watermolen’] (GR 18-8-1983; uitbr. BW 2006) de straatnaam is in 2006 uitgebreid met twee zijpaden die aansluiting geven op Vondellaan.

Waterrand; De uitbreiding van de bebouwde kom ten zuiden van ‘Heijtsveld’ kreeg de naam ‘Plan-Breukrand’. Naast Breukrand werd gekozen voor namen die allemaal wijzen op, of verschijnselen geven van, de Peelrandbreuk die dit gebied (in de ondergrond) doorsnijdt. Breukrand, Leemrand, Steilrand, Waterrand, en binnen een jaar gevolgd door ‘Esrand’. (GR 29-2-1996; 28.11.1996)

 Weerijs; In 1988 viel het besluit om de uitbreiding van het Industrieterrein Scheiweg (thans Bedrijventerrein Wolfsveld) straatnamen te geven ontleend aan bekende Brabantse waterwegen. Amer, Dieze, Dintel waren de eerste wegen van genoemde uitbreiding. (GR 22-4-2003); later volgde o.a. Weerijs

Welpenheuvel (De Mortel); Voor het Uitbreidingsplan De Mortel-West werd gekozen voor de straatnamen ‘Vraant’ en ‘Welpenheuvel’. Welpenheuvel is in feite de nieuwe ‘generatie’ van ‘Vossenheuvel’. (BW 2006; 22-10-2008)

West-Om; Deze naam is vastgesteld voor het westelijke deel van de omleidingsroute rondom Gemert. Opening in 1990. De Zuid-Om en Oost-Om volgden kort daarna. (GR.29-3-1990)

Wetering; Wetering is een ander woord voor waterlaat. Hij is gegraven en is breder dan een sloot. (GR 19-5-1983; 13-11-1986; 10-3-1989)

Wethouder Jaspershof; Het bouwplan Ripsoever-Noord kreeg de naam ‘Wethouder Jaspershof. Antoon Jaspers sr. en Antoon Jaspers jr., vader en zoon, volgden elkaar op als wethouder. Vader was van 1927 tot in de oorlog wethouder, zijn zoon trad in zijn voetsporen meteen na de bevrijding en bleef wethouder tot in 1974. (BW 2006; 22-10-2008)

Weversstraat; Ter plaatse werden in de tweede helft van de negentiende eeuw in de achtertuinen van woningen aan de Nieuwstraat, een aantal arbeiderswoningen gebouwd die veelal werden bewoond door weversgezinnen. Ook werd aan dit straatje in 1866 begonnen met een Gasfabriek. Tot de aanleg van een elektriciteitsnet in de jaren 20 van de twintigste eeuw bleef de Gasfabriek in exploitatie. Bewoners aan dit straatje werden aanvankelijk geadresseerd ‘Molenakker’ danwel ‘Nieuwstraat’. In 1953 werd ‘Weversstraat’ tegelijk met ‘Grootmeestersstraat’ officieel opgenomen in het straatnamenbestand van Gemert. [bron: Liliane Buckens, Oprichting Gasfabriek  in 1866, In: Gemerts Heem 1992] (GR 2-3-1953; BW 22-10-2008)

Wijnboomlaan; De naam is ontleend aan de Hoeve Wijnboom die van oudsher aan deze weg gelegen is. Op de combinatie van ‘wijn’ en ‘boom’ zijn in het verleden al heel wat onderzoekers afgeknapt tot duidelijk werd dat globaal genomen pas na 1500 geschreven werd ‘wijnboom’ en dat vóór 1500 bijna altijd geschreven wordt van ‘wijntboem’ of ‘wyndboem’, en niet eens alleen als naam van een hoeve. In een akte van 1481 maken we ook al kennis met een persoon ‘Alarden vanden Wijndboem’. Het is daarbij van belang te weten dat de ‘ij’ in het middelnederlands ook gelezen kan worden als ‘y’ en dan in feite uitgesproken moet worden als een ‘i’. Zo werd bijvoorbeeld geschreven wijndmolen i.p.v. windmolen. Voor niet ingewijden is het voorts dienstig te weten dat ‘boem’ of ‘boim’ de oude schrijfwijze is voor ‘boom’. Een lange klinker werd indertijd namelijk aangegeven door eenvoudigweg achter de eerste klinker nog een (willekeurige) andere klinker te zetten. In oude plaatsnamen als Oirschot, Goirle en Nuenen is die oude schrijfwijze gehandhaafd. Maar terug naar ‘wijnt’ in ‘wijntboem’. Wijntboem en de afleiding wijnboom moeten staan voor ‘waaiboom’, ‘wideboom’, of ‘wilgenboom’. Een boom van ‘waaibomenhout’! Wijnboomlaan, officieel pas vastgesteld in 1931, liep tot 1953 door tot aan Binderseind in het centrum van Gemert. In 1953 werd Wijnboomlaan ingekort ten gevolge van de invoering van ‘H. Geestlaan’ en ‘De Hoef’. [bron: Ad Otten, Van windboom tot wijnboom en terug, in: Gemerts Heem 1983 nr.3] (GR 28-10-1931; 2-3-1953; 27-7-1967; 29-3-1990)

Wijst; Voor het eerste deelplan van ‘bestemmingsplan Paashoef’ werden in 1983 straatnamen voorgesteld die de herinnering in zich droegen van wat het landschap hier voorheen te bieden had. Daarop is vervolgens voortgeborduurd ook met namen genoemd naar geologische kenmerken. Als voorbeelden daarvan kunnen dienen de door Paashoef lopende ‘hoofdstraten’ Slenk, Horst en Wijst. [bron: Jan Timmers, De Wijst, in Gemerts Heem 1986, nr.1; idem, Cultuurhistorische aspecten van wijstgronden, in: GH 2003 nr.3] (GR12-4-1984; 10-1-1985; 13-11-1986; 15-12-1988)

Wilhelminalaan; In de jaren 1937-1938 werd in opdracht van de gemeente op de Molenakker met rijkssteun een complex van 30 arbeiderswoningen voor grote gezinnen gebouwd. Gemeentearchitect Claeren ontwierp 4 woningtypes. De straten werden genoemd naar de koningin en haar kort tevoren overleden prinsgemaal: Wilhelminalaan en Prins Hendriklaan. Op last van de bezettende macht werd de naam Wilhelminalaan bij besluit van B&W (d.d. 19.2.1942) vervangen door de naam “Pater van den Elsenlaan”. Nauwelijks een maand na de bevrijding van Gemert werd de oude naam in ere hersteld. In 1974 werd aan de raad voorgesteld de naam te wijzigen in ‘Koningin Wilhelminalaan’. Dit voorstel verkreeg echter geen meerderheid. (GR 6-10-1938; 19-2-1942; 27-10-1944; 24-1-1974)

Willem de Haasstraat; Deze straat is genoemd naar en herinnert aan: Willem Cornelis Johan de Haas, geboren te Manisam (Indonesië) op 5 augustus 1911, en (in 1976 toen de straatnaam werd ingevoerd) wonende te Voorburgin Zuid-Holland. In de periode dat de oprichting van de schoolsoorten havo en atheneum in Gemert een feit werd, was hij werkzaam als chef van de afdeling  Bijzondere Taken van de Directie AVO van het Ministerie van O. en W. In die functie leverde hij een grote bijdrage aan het plaatsen van genoemde schoolsoorten op het scholenplan, waardoor de verwezenlijking in Gemert mogelijk werd van de scholengemeenschap die de naam zou krijgen van ‘Macropediuscollege’ (later omgedoopt in ‘Commanderij College’). (GR 12-8-1976; 8-5-1980)

Wingerd; Voor het ‘bestemmingsplan Paashoef’ werden in 1983 straatnamen voorgesteld die de herinnering in zich droegen van wat het landschap hier voorheen te bieden had. De straatnaam ‘Wingerd’ (=wijngaard) in Paashoef-Oost sluit daar bij aan. (GR 30-3-1995)

 Witte Brug; Genoemd naar de naam van de boerderij op de hoek met ‘De Hoef’. Rond de eeuwwisseling was in d’n herd van deze boerderij ‘Café De Witte Brug’ gevestigd. De cafénaam en de straatnaam werden ontleend aan de van oudsher wit gekalkte leuningen van de tegenover genoemde boerderij gelegen brug over De Rips. (GR 27-7-1967)

 Wolfsbosscheweg; weg van en naar ‘De Wolfsbosch’. “Bosch” is een onzijdig zelfstandig naamwoord. Elke Gemertenaar zal dat beamen maar toch zal geen enkele autochtone Gemertenaar het in zijn hoofd halen om de dorpsgenoot te corrigeren die zegt te wonen In “de” Wolfsbosch. De oplossing voor dit raadsel is heel simpel. Wolfsbosch is een eeuwenoud toponiem in Gemert en een dikke honderd jaar geleden gold “Bosch” in Zuid-Nederland nog als een mannelijk in plaats van een onzijdig zelfstandig naamwoord. Wie dat niet wil geloven moet het in 1902 uitgegeven derde deel van het Woordenboek der Nederlandsche Taal er maar eens op na slaan. Bij het onzijdig zelfstandig naamwoord ‘bosch’ wordt daar aangetekend: “Voorheen, en in Zuid-Nederland nog thans, ook mannelijk.” [bron: Ad Otten, De Wolfsbosch, de Keizerbosch en de Sleutelbosch, in: Gemerts Heem 1996 nr.1, blz.28-30] (GR 27-7-1967; 30-3-1995)

Wolfsbossche Zijweg; zijweg van Wolfsbosscheweg. (GR 27-7-1967)

Wolfsveld; Toen in 1988 het ‘Industrieterrein Scheiweg’ flink werd uitgebreid kreeg het de naam ‘Bedrijventerrein Wolfsveld’. De uitbreidingen vonden met name plaats in het gebied dat sedert de middeleeuwen bekend staat als ‘Wolfsbosch’. Voor het nieuwe bedrijventerrein werd gekozen voor straatnamen genoemd naar Noordbrabantse waternamen. Amer, Beerze, Dieze, Dintel, Dommel, Reuzel, Vliet, Raam, etc. Toen die namen waren opgebruikt is overgegaan op daarbij passende waternamen. Vbb. IJzerzijp, Oerstroom die verwijzen naar de ijzerhoudende ondergrond die waterlopen en sloten roestigbruin kleuren.

A – BCDEFGHIJKLMNOPRSTUVWZ