Edmond Huyn van Amstenrade

Landcommandeur van Biesen en vorst van Gemert 1605-1634. Stichter van het Seminarium Teutonicum te Leuven, dé vervolgstudie voor de Latijnse Scholen van Gemert en Maastricht

Hij is geboren in 1567 in Aken, in 1594 ingekleed als Duitse ridder en in ‘onze’ regio heeft hij familie tot in de allerhoogste kringen. Zijn oom Hendrik stichtte de Latijnse School in Gemert. De Vrouwe van Helmond (Philippine van Ruijschenbergh) is zijn nicht en haar man, Adolf van Cortenbach, is door de landvoogd van de Spaanse Nederlanden in 1580 aangesteld als gouverneur van Den Bosch. Edmond Huyn van Amstenrade komt in 1605 uit de bus als de beste kandidaat voor het landcommandeurschap van Biesen. In de voetsporen van zijn oom Hendrik van Ruijschenbergh klimt ook hij meteen op de barricaden voor de katholieke contrareformatie. Hij wenst een striktere naleving van de kerk- en orderegels en wil dat er een eind komt aan commandeurs en ordepriesters die leven in openlijk concubinaat.

In 1617 koopt hij in Leuven een kloosterpand voor de vestiging van het Duits College, een aan de Leuvense universiteit gelieerd Seminarium Teutonicum. Zoals oom Hendrik in Keulen het Collegium Laurentianum uitbouwde tot de stadscommanderij Junge Biesen met als voornaamste doel de huisvesting van universiteitsstudenten, hoopt Van Amstenrade het Duits Collegie te ontwikkelen tot een stadscommanderij in Leuven. Presidenten daarvan worden de Gemertse priesters Laurens de Keijzer, Thomas Vervoort en Willem Cox. Het komt weliswaar niet tot een nieuwe commanderij maar door de connectie met de (Latijnse) scholen in Gemert en Maastricht wordt het wel een succes. Het merendeel van de Duitse Ordepriesters in de landcommanderij wordt hier opgeleid. In de eerste helft van de achttiende eeuw zal het aan de oudste universiteit van de Lage Landen (Leuven) zelfs komen tot een Gemertse studentenvereniging, de Congregatio Municipii Gemertanii.

Meer informatie:

PDF Gemerts Heem

Wikipedia