Peelhorst en naamgeving

J a c q u e s  v a n  d e r  V e l d e n

Is er een relatie tussen de Peelhorst en de plaatsnamen ‘Gemert, Gamert en Ymelbeke’?

In het herfstnummer van Gemerts Heem 2020 staan twee artikelen van mijn hand: ‘De naam Gemert in taalkundig perspectief’ en ‘Ymelbeke, waar de naam vandaan komt’. Dat ze samen in één heemblad staan, kan natuurlijk puur toeval zijn of is er misschien toch sprake van een mysterieus verband?

Ik neem aan, dat op het eerste gezicht de meesten zullen denken dat het toeval is. De naam Ymelbeke vertoont uiterlijk weinig overeenkomsten met Gemert en Gamert. Toch denk ik dat er wel degelijk een verband bestaat. Voor de duidelijkheid: Gemert gaat over mijn geboorteplaats. Met Gamert verwijs ik naar het toponiem De Gamert, ook wel ooit als De Gemert gespeld, nu de naam van een stadswijk in Wijchen. Ymelbeke is een grensbeek in de Biezen, tussen Gemert- Bakel en Laarbeek. Peelhorst Volgens mij is de naam Ymelbeke net als Gemert en Gamert verbonden met de Peelhorst. Voor wat betreft Gemert en Gamert heb ik dit idee al eerder verwoord. In het slotwoord, Gamert en Gemert op het einde van mijn artikel De naam Gemert in taalkundig perspectief, zeg ik: “Nu blijkt dat de tektonische gebeurtenissen zoals Thiadens ze noemde, deze twee plaatsen met elkaar verbindt”. Chr. de Bont en G. Maas omschrijven de tektonische gebeurtenissen met betrekking tot de meanders bij Gamert als de tektonische werking van de Peelhorst. Met de tektonische werking wordt bedoeld ‘het geheel aan bewegingen en vervormingen (zoals breuken en plooien) in het vaste oppervlak van een planeet (de korst)’. De tektonische werking koppelen aan de Peelhorst is, denk ik, een heel goed idee. Met hoogtelijnen kan dit enigszins in beeld gebracht worden. (Illustratie 1)
Je zou deze lijnen kunnen vergelijken met de plooien van een tafelkleed, een kleed dat veel te ruim tot over de grond over een lange tafel gedrappeerd is. Deze onzichtbare tafel wordt omhoog geduwd met alles wat erop staat, zoals rivieren en dorpen etc. De hoogtelijnen vertonen een knik ter plaatse van de breuken. De Aa stroomt in de Roerdalslenk en ondervindt daar geen hinder van de Peelhorst. De loop van de Maas wordt wél beïnvloed door de Peelhorst, zeker op twee plaatsen, tussen Roermond en Venlo en ten westen van Grave. Op de omhooggekomen Peelhorst is bijvoorbeeld tussen Roermond en Venlo het Maasdal smaller dan in de Roerdalslenk tussen Sittard en Roermond. Ten westen van Grave vertoonde de Maas op de Peelhorst oorspronkelijk zeer grote meanders. Na de kanalisatie van de meanders rond 1930 is het effect daarvan minder opvallend geworden. Tektoniek zorgt ervoor dat de aardkorst langs breuken plaatselijk omhoog komt of juist naar beneden zakt. Op plekken waar de aardkorst zakt, ontstaan diepe slenken die een natuurlijke bedding vormen voor onze grote rivieren. Veel hoogteverschillen zijn door een deken van dekzand minder zichtbaar geworden.

Dekzandrug

Na de ijstijd, toen er nog nauwelijks vegetatie was, ontstond hier een poolwoestijn met veel rondvliegend zand, dat op grote ruggen zoals de Midden-Brabantse dekzandrug en de Loonse en Drunense Duinen tot rust kwam. Deze ruggen lagen hoofdzakelijk in de richting van de heersende winden, van zuidwest naar noordoost. De rivieren Dommel en Aa, die min of meer het verloop van de Roerdalslenk volgen in noordwestelijke richting, werden door de Midden-Brabantse dekzandrug gehinderd. Bij Koks ontmoet deze rug ook nog de Peelhorst, waardoor de Aa vrijwel stagneerde. Dit resulteerde in een beekoverstromingsvlakte tussen de Midden-Brabantse dekzandrug en de Peelhorst. Deze vlakte strekte zich uit van de Kokse brug tot aan de Aarlese Heikant, hemelsbreed 6,5 kilometer. De Gemertse Rips stroomt in de benedenloop, en de Ymelbeke bij Grotel in de bovenloop van deze beekoverstromingsvlakte, hemelsbreed 4 kilometer van elkaar verwijderd. Zoals op illustratie 3 te zien is zijn Gemert en Grotel de enige twee plaatsen die op de rand van deze vlakte liggen. Linksboven is gearceerd de Midden-Brabantse dekzandrug zichtbaar, waarover de prehistorische route naar Erp loopt. Vier natuurlijke beekjes, de Snelle Loop (De Mortel), de Snelle Loop (Witven), de Esperloop en de Ymelbeke waterden oorspronkelijk via de Broekloop af op de Aa. De Ymelbeke en de Broekloop zijn nu verdwenen. Daarvoor in de plaats is de Dubbele Snelle Loop gegraven (Illustratie 8). De hoofdstroom wordt nu in zijn geheel de Snelle Loop genoemd en is stroomopwaarts flink verlengd. Aan de oostzijde van de Ymelbeke ligt in een ten dele verspoelde dekzandvlakte op hogere gronden het gehucht Grotel, Achterste en Voorste Grotel. De Biezen is een nat drassig gebied in de beekoverstromingsvlakte.

Gamert

Bij Gamert zijn door de tektonische werking van de Peelhorst zeer grote meanders ontstaan. Deze meanders braken op de laagste plaatsen regelmatig door hun eigen oeverwal, waardoor meerdere stroombeddingen konden ontstaan. Het gebied aan de buitenbocht van de meander, gekenmerkt door natte graslanden en moerassen, werd de Gamert genoemd (Zie illustratie 4: Balgoyse Meer. Staatsbosbeheer). De ontginners van dit natte gebied hebben gebruik gemaakt van de natuurlijke afwatering van dit landschap. De Balgoyse Wetering ten zuiden van Wijchen is een van de markantste voorbeelden hiervan. Ze hebben daarvoor aan de buitenkant van de bocht van deze oude watergang in een fossiele rivier (dode rivierarm) de zogenaamde Balgoyse Wetering gegraven die de stroombedding volgt en voor goede ontwatering zorgt. Het rapport ‘Aan de Wieg van het Waterschap’ ziet hierin middelen om meer waterberging in het rivierengebied te verwezenlijken, door aanpassing van dit stelsel van watergangen. In deze tijd van opwarming is daar veel behoefte aan. Het rapport stelt verder dat ‘de omtrek van die kronkelende watergangen rijk is aan cultuurhistorie die een hechte relatie heeft met de meanders, zoals kastelen of kasteelrelicten en oude dorpskernen.’ Illustratie 5 geeft een overzicht van de vele kastelen en motten in de buurt van deze meander. Sommige archeologen vermoeden dat op het eilandje een motte heeft gestaan.

Gemert

In Gemert is tussen de westelijke wand van de Peelhorst (Peelrandbreuk) en de Midden-Brabantse dekzandrug, dankzij tektonische werking van de Peelhorst een groot samenstromingsgebied van waterlopen ontstaan (Zie illustratie 3: beekoverstromingsvlakte, aangegeven met ruiten). Op de oever van dit samenstromingsgebied van de Aa zijn natte landerijen ontstaan. Dit ‘nat land langs de oever van een waterloop’ werd Amer of Emer genoemd naar het stromend water van de natuurlijke waterloop.

Ymelbeke

In de Biezen, het meest zuidelijke deel van de beekoverstromingsvlakte van de Aa, stroomde op de grens met Grotel de Ymelbeke. De Ymelbeke voerde net als de Rips water van de Peelhorst naar deze beekoverstromingsvlakte. Grotel ligt net als Gemert tussen de Peelrandbreuk en de Midden-Brabantse dekzandrug, op de grens van een samenstromingsgebied van waterlopen. Hier ontstond ook nat land langs de oever van een waterloop (de Aa), voor vissers een plek om te zoeken naar aas toen het een kweekplaats van emelten bleek te zijn. Andere specialisaties die in de literatuur zijn beschreven, waren: ‘werf langs een rivier’, ‘aanlegplaats van schepen’. De Ymelbeke ‘emelbeek’ fungeert hier slechts als kweekvijver voor de langpootmuggen en het natte land langs de Aa is de woonplaats van de larven (emelten). Omdat emelten zich het beste voortplanten in de drassigste weiden, is deze plaats bij uitstek geschikt. Dit soort plaatsen raken bekend bij vissers die aas zoeken om vissen te vangen. Op deze manier is er een relatie tussen de Peelhorst en de naam Ymelbeke.

Samenvatting

In Gemert en Ymelbeke is ‘nat land langs de oever van een waterloop’ ontstaan als gevolg van samenstromende beken in een gebied ingeklemd tussen een dekzandrug en de Peelhorst. In Gamert is ‘nat land langs de oever van een waterloop’ ontstaan als gevolg van een sterk meanderende rivier als gevolg van een onderliggende Peelhorst. De gemeenschappelijke oorzakelijke factor in dit verhaal is volgens mij de Peelhorst, vandaar de titel van dit artikel. De namen Gemert, Gamert en Ymelbeke hebben betrekking op de gemeenschappelijke zichtbare factor ‘nat land langs de oever van een waterloop’. In Gemert en Gamert aangeduid met emer/amer ‘natuurlijke waterloop’ en ook in het geval van Ymelbeke aangeduid met beke ‘natuurlijke waterloop’. In Gemert en Gamert is sprake van meerdere ‘waterlopen’ en dat wordt uitgedrukt met een collectief: Ge-emer-te/Ge-amer-te, verkort tot Gemert/Gamert. Het bepalend element van de samenstelling Ymelbeke is Ymel ‘emelten’, larven van langpootmuggen die zich graag ophouden in de bodem van natte weiden. Dit verhaal is vooral bedoeld als een inkijkje in de wondere wereld van de toponymie. Als er geen Peelhorst was geweest, dan had ik dit verhaal niet kunnen schrijven.

Bronnen:

– Brochure wandelroute Pak de Biezen, uitgave herberg De Brabantse Kluis.
– Illustratie 3 is gebaseerd op een kaartje uit Gemerts Heem 1988 nummer 2. Door de auteur van dit artikel toegevoegd: Ymelbeke en Grotel.
– Illustratie 5 Kastelen: Wijchen, Batenburg (+motte), Hernen (+motte). Motten: Leur, Balgoij. Door de auteur van dit artikel toegevoegd: (De kleine) Elst, De Gemert (1918-1954)/De Gamert, Balgoijsche Wetering, Wijchens Meer of Wijchens Maasje.
– Kasteel Wychen, de ruïne van Batenburg en Kasteel Hernen – Thera Coppens Motte van Balgoy.
– paper-de-kleine-elst.pdf (spannendegeschiedenis.nl) Paper De Kleine Elst, Drs. W.A. Kattenberg.
– https://brabantse.waternamen.nl/dieze Diverse namen voor dezelfde rivier. Emer/Amer. A. M.J.H. Huijbers, De Archeologie van een nat cultuurlandschap, Amsterdams Archeologisch Centrum, 2006. Ymelbeke.

Illustratie 1: Hoogtelijnenkaart van het zuidelijke zandgebied van Nederland (naar Stiboka 1965).

Illustratie 2: Schematisch geologisch overzicht Oost- Brabant: slenken, horsten en breuken.

Illustratie 3: Gemert en Grotel (Ymelbeke) ingetekend op een historisch geografisch overzicht.

Illustratie 4: Staatsbosbeheer. Balgoyse Meer. Natte graslanden en moerassen.

Illustratie 5: Kastelen: Wijchen, Batenburg (+motte), Hernen (+motte). Motten: Leur, Balgoij. Door de auteur van dit artikel toegevoegd: De kleine Elst, De Gemert (topografische kaart 1918-1954)/De Gamert, Balgoijsche Wetering, Wijchens Meer of Wijchens Maasje.

Illustratie 6: Het Balgoyse Meer met motte-eiland. Toponiem De Gamert overgeleverd als boerderijnaam.

Illustratie 7: De geomorfologische kaart van het zuidelijkste deel van de beekoverstromingsgvlakte van de Aa.

Illustratie 8: Projectie op topografische kaart 1840. Snelle Loop (Mortel + Witven) + Esperloop + Ymelbeke => Broekloop. Ymelbeke en de Broekloop zijn verdwenen, nieuw is de gegraven Dubbele Snelle Loop.

Illustratie 9: Ymelbeke op de grens van de beekoverstromingsvlakte en ten dele verspoelde dekzandvlakte.

Voor tekst in PDF met afbeeldingen