Het Koordekanaal, deel 3 en slot – Na de bevrijding

Ruud Wildekampp

Al tijdens de oorlog bleek dat de gebieden van De Sijp en het Zwarte Water in de gemeente Gemert en die van de Blaar- en Jodenpeel in de gemeente Bakel en Milheeze slecht afwaterden. Dat werd ook de Canadezen van het vliegveld op De Sijp duidelijk, toen zij hun Spitfires door wateroverlast naar Volkel moesten evacueren. Voor de Blaar- en Jodenpeel werd een tijdelijke oplossing gevonden door het toestaan van lozing op het Peelkanaal. Gedurende de strenge winter van 1944/1945 verergerde de toestand en had in Gemert ook het gebied van het Zwarte Water overlast van water. Ook stond het aansluitende deel van De Sijp blank en raakte zelfs de weg van Elsendorp naar De Rips gedeeltelijk onder water 1.

Na de oorlog zijn het de betrokken gemeenten en waterschap De Aa die de zaak van het Koordekanaal weer onder de aandacht brachten van de bevoegde ministeries. Hier is ook het Ministerie van Oorlog, voorloper van het Ministerie van Defensie, partij in. Dit ondanks de tijdens de bezetting gedane toezegging dat het Koordekanaal kon worden afgestoten. Door de slechte ontwatering en de opgeworpen zandwallen langs het kanaal werden de belangen van de landbouw langs het tracé nog steeds geschaad. Gewezen werd daarbij op de overstromingen in de winter waarbij tachtig tot honderd hectaren blank kwamen te staan. Door een verbreding en verdieping van de Peelse Loop zouden dergelijke overstromingen in de toekomst mogelijk voorkomen kunnen worden. Ondanks eerdere uitspraken dat het Koordekanaal niet meer van belang was voor de landsverdediging, wilde de Directie Waterstaat van het Ministerie van Openbare Werken en Wederopbouw in november 1946 een verdere beslissing over het kanaal door het Ministerie van Oorlog afwachten. Pas op 22 april 1947 liet dat ministerie weten geen bezwaar te hebben tegen een demping van het kanaal, mits aandacht zou worden besteed aan de plaatselijke ontwatering. De financiering van een demping kon geschieden door het Ministerie van Financiën op grond van de Wet op de afwikkeling van Defensieschade van 1946 2. Daarna ontstond nog een discussie tussen waterschap De Aa en de Rijksdienst voor Landbouwherstel over welk deel van het Koordekanaal gedempt diende te worden. Het waterschap zag liefst het gehele kanaal gedempt worden, omdat dan de oorspronkelijke afwatering van met name die van de Jodenpeel hersteld zou kunnen worden. Naar de mening van het waterschap zouden aanzienlijke kosten verbonden zijn aan het openhouden van het kanaal om het overschot aan water uit de Jodenpeel en de Blaarpeel af te voeren. Beide behoorden echter tot het gebied van waterschap De Maaskant, waarmee eerst overlegd diende te worden.

Het probleem van het teveel aan water in de Blaarpeel en de Jodenpeel was gedurende de oorlog door de belanghebbenden al eigenmachtig aangepakt door de kanaaldijk te doorgraven waardoor het exces water direct in het Defensiekanaal – na de oorlog Peelkanaal genoemd – werd geloosd. Deze situatie werd tot 1948 gedoogd door De Maaskant. Het probleem dat daardoor tijdelijk te veel water in het Peelkanaal stond werd dat jaar opgelost door de aanleg van het Afleidingskanaal tussen het Peelkanaal ter hoogte van de Vredepaal en de Maas. Ondanks deze maatregel bleef het zuidelijke deel van de Jodenpeel nog geregeld veel te nat.

Vuilstort

De toezegging dat het Ministerie van Oorlog geen belangstelling meer had voor het Koordekanaal en inmiddels bezig was het noordelijke deel te laten dempen, bracht het gemeentebestuur van Bakel en Milheeze op het idee een deel van het Koordekanaal te gebruiken als vuilstort voor het kerkdorp De Rips. Daarop werd contact gezocht met de Heidemaatschappij, de toenmalige beheerder van het Beestenveld bij De Rips. Het geselecteerde deel van het Koordekanaal maakte daarvan deel uit.

De Heidemij stelde enkele richtlijnen op waaraan het storten zou moeten voldoen. Een daarvan was het sluiten van de duiker onder de weg van Milheeze naar De Rips ter hoogte van de Klotterpeel. Vanaf januari 1955 werd in De Rips een ophaaldienst voor straat- en huisvuil georganiseerd en het afval in de bedding van het betreffende deel van het kanaal gedeponeerd 4.

Op 2 februari 1948 meldde de Rijksdienst voor Landbouwherstel dat de Heidemij in opdracht van het Bureau Defensieschade was begonnen met het dempen van het deel van het Koordekanaal benoorden van de Middenpeelweg (Ripseweg). Daarbij dienden de al aangelegde betonnen duikers en landhoofden van een brug in de Keizersberg bij Elsendorp te worden verwijderd. Deze dempingswerkzaamheden waren in 1949 klaar. Daarmee was de weg vrijgekomen om het zuidelijke deel van het Koordekanaal te gebruiken voor de afwatering van de zuidelijke Jodenpeel en De Sijp. Dat gebeurde door de in de oorlog al voorgestelde verbinding met de bovenloop van de Peelse Loop te realiseren 5. Deze verbinding werd in 1954 gegraven en loopt voor ongeveer driehonderd meter parallel aan de Ripseweg om daarna af te buigen naar het zuidwesten, door het gebied De Sijp, om in de streek het Zwarte Water aan te sluiten op de bovenloop van de Peelse Loop. Daarmee was de afwatering naar de rivier de Aa gerealiseerd. Pas in 1962 werd de afwatering van het zuidelijke deel van de Jodenpeel verbeterd door de kavelsloten ten oosten en ten zuiden van De Rips te verbeteren en hierop aan te sluiten.

Kanaalverlegging en verbetering

In de jaren daarop vond, met name in het Peelgebied, in de landbouw een schaalvergroting plaats waarbij gemengde bedrijven werden omgevormd door gespecialiseerde bedrijven. Daardoor ontstond eind jaren zestig van de vorige eeuw een behoefte om de beschikbare grond opnieuw in te richten en vorm te geven. In de gemeente Bakel en Milheeze werd in 1971 gestemd over een plan om te komen tot een ruilverkaveling.

In de jaren daarop volgend wordt de ruilverkaveling Bakel tot uitvoering gebracht. Na voltooiing daarvan diende ook de waterafvoer van het gebied te worden verbeterd. Daartoe ontwierp waterschap De Aa in 1978 het waterbeheersingsplan ‘Peelse Loop’ 6. Om het ven de Klotterpeel ten zuiden van De Rips, dat inmiddels een beschermd natuurreservaat was, te vrijwaren van het rijke Maaswater dat in het Peelkanaal stroomde diende de verbinding daarmee te worden onderbroken. Het waterbeheersingsplan voorzag daarin door een omleiding rond het ven te maken en de verbinding met de Klotterpeel aan beide zijden af te sluiten.

Na de verkregen gemeentelijke toestemmingen werden de werkzaamheden in 1979 en 1980 uitgevoerd. Daarbij werd de omleiding aangesloten op de middelste van de drie proefsleuven in het Beestenveld, gegraven in 1937 op last van de majoor Wilson. De waterafvoer verloopt daardoor verder via het zuidelijke deel van het oorspronkelijke Koordekanaal naar de aansluiting met de Peelse Loop in de streek het Zwarte Water. Bij de gegraven verbinding met de Peelse Loop werd een splitsing gecreëerd die onder de Ripseweg door gaat en aan de noordzijde van de weg tussen De Rips en Elsendorp door loopt. Onder Elsendorp voert deze aftakking naar de Domptse Loop 7 die uitkomt in de Landmeerse Loop om ook in de Aa te eindigen.

Met de realisatie van het waterbeheersplan verdween ook het toponiem Koordekanaal. Waterschap De Aa noemde sindsdien het hele traject van de uitlaat uit het Peelkanaal tot aan de monding in de Aa Peelse Loop. Dat bleef ook Door de heemkundekringen D’n Blikken Emmer uit De Rips en die van Bakel en Milheeze is in 2016 een project ‘Het Koordekanaal uit de vergetelheid’ opgezet. Het doel was tweeledig: het met huisvuil gedempte deel schoonmaken waardoor ook een oorspronkelijke stuw zichtbaar zou worden gemaakt en de naam Koordekanaal weer in ere herstellen voor het deel tussen de Peelse Loop en de Ripseweg. Hoewel er zicht is op realisatie hiervan, blijven dit vooralsnog wensen voor de toekomst 10. Wel werd het watertje nog wereldnieuws omdat hier overheen de eerste 3D-geprinte brug is geplaatst. zo na de fusie in 2004 van de beide betrokken waterschappen tot het Waterschap Aa en Maas.

Meanderend

Meer recent heeft het huidige Waterschap Aa en Maas een plan ontwikkeld voor het beekherstel van de Peelse Loop tussen het Peelkanaal en de Aa. Daarmee wordt de loop in zijn geheel een ecologische verbindingszone 8. Over de volle lengte van acht kilometer wordt het meanderen hersteld binnen een strook van 25 tot 35 meter en daarmee de natuurontwikkeling van de oevers gestimuleerd 9. De werkzaamheden daarvoor zijn nog in volle gang.

Door de heemkundekringen D’n Blikken Emmer uit De Rips en die van Bakel en Milheeze is in 2016 een project ‘Het Koordekanaal uit de vergetelheid’ opgezet. Het doel was tweeledig: het met huisvuil gedempte deel schoonmaken waardoor
ook een oorspronkelijke stuw zichtbaar zou worden gemaakt en de naam Koordekanaal weer in ere herstellen voor het deel tussen de Peelse Loop en de Ripseweg. Hoewel er zicht is op realisatie hiervan, blijven dit vooralsnog wensen voor de toekomst 10.
Wel werd het watertje nog wereldnieuws omdat hier overheen de eerste 3D-geprinte brug is geplaatst.

Noten

1. Archief Gemert-Bakel, AB003, Archief Gemeentebestuur Bakel en Milheeze, 1932-1968, inventaris 718.

2. Brabants Historisch Informatie Centrum (BHIC), Archief Waterschap De Aa 1922-1955, inventaris 677, 1946-1948.

3. BHIC, Archief Waterschap De Aa 1922-1955, inventaris 676, 1944-1945

4. Archief Gemert-Bakel, AB003, inventaris 553, Afvalverwerking. Huisvuil.

5. Archief Gemert-Bakel, AB083, inventaris 1351

6. Archief Gemert-Bakel, AG004, inventaris 1066: Verbetering en instandhouding Domptseloop, Donkervoetseloop, Koordekanaal, Landmeerseloop, Molenbroekseloop en Peelseloop.

7. Archief Gemert-Bakel, AB003, inventaris 2445, Waterbeheersingsplan Peelse loop.

8. Natuurplan Peelse Loop is een koopje. Eindhovens Dagblad (Regio) 20 september 2013.

9. Peelse Loop. De kracht van de verbinding. Basisinformatiedocument Water + Ruimteatelier Gemert-Bakel. Tilburg, 2010. 10. Wensen voor de toekomst. Ons Magazine, 2016; Het koordekanaal uit de vergetelheid. Pamflet Blikken Emmer, De Rips en Heemkundekring Bakel en Milheeze.

GH-2018-03-Het-Koordekanaal-deel-3-en-slot-Na-de-bevrijding.pdf