GH-2016-03 Huisnamen: van ‘Stal van Mordicus’ tot ‘Hofgoet’

Ad Otten

Naast de gangnamen staat ook op het verlanglijstje het benamen van huizen-met-historie. Huisnummers bestaan pas sinds de negentiende eeuw. Vóór die tijd heeft menig huis een karakteristieke eigennaam. In tien jaar tijds geeft Gemert Vrijstaat een kleine honderd huizen niet alleen hun oude naam terug maar vaak ook de uitgezochte historie van het pand. En dat: afleesbaar op de gevel! Voor de huisnamen heeft Harry Huybers een dunnere variant gemaakt van het lettertype ‘De Vrijstaat’. In eerste instantie met eenzelfde email naambord als die voor de gangen maar dan met witte letters op een zwart glanzende ondergrond. Even fraai en chique! Vermeldenswaard is hier dat in de (historische) Kromstraat alle huizen een naam krijgen. Drie namen gaan daar zelfs terug tot dertienhonderdzoveel. Relatief jong is “Stal van Mordicus” die refereert aan de jaren dertig van de vorige eeuw toen in de stal van de boerderij “Mansarde”, die met de Franse kap, een hengst ter dekking stond waarvan in de wijde omgeving alle Brabantse trekpaarden (lees: ‘Belze knollen’) afstammen.
Voor dit geveltaalproject worden in bijzondere gevallen ook nog andere zeker niet minder chique wegen ingeslagen. Zo zorgt Loep Design uit Gemert voor benamingen in bovenlichten (‘In de Boontuin’ en ‘Conventje’) en krijgt in de Ruijschenberghstraat het woonhuis van de
notaris de naam ‘Hofgoet’ in losse roestvrijstalen (rvs) letters. De naam is al bekend in 1366 en is tot in onze tijd ongewijzigd in gebruik gebleven. Bij de overbuurman komt het ten tijde van de grootscheepse uitbreiding van het gemeentearchief na overleg met architect en archivaris nu ook als vanzelf tot een afleesbare benaming “Latijnse School” voor het hele complex van archief en heemkamer. Het is een naam die het verdient om in de historische kern van Gemert gemeengoed te blijven. Niet dan? Om de uit de zestiende eeuw daterende naam “In Sint-Joris” terug te brengen op de gevel van het gemeentehuis levert begrijpelijke problemen maar dat is niet het geval voor de ernaast gelegen uitbreiding welke locatie tot begin twintigste eeuw bekend staat als “Klein Sint-Joris”.
Niet onvermeld mag hier blijven dat de voor huisnamen benaderde particulieren op vrijwillige basis, hetzij voor een deel, helemaal, of soms boven de gemaakte kosten een bijdrage leveren. Geweldig!

Bekijk PDF