GH-2016-03 Heilige Losbol symbool van Gemertse apartheid

Ad Otten

Hij is onthuld bij de opening van Gemert-kermis in 2007. Toen nog in het parkje tegenover De Landman en De Heeren van Ghemert. Maar nu staat hij prominent en niet te missen midden op het Ridderplein. En wanneer de zon ondergaat wordt hij van onder aangelicht. Met alles leeft hij mee. Hij staat bewust niet op een hoge sokkel, hij is één van ons, hij hoort erbij. Zijn hoofd onder zijn rechterarm lacht altijd, en met de kelk in zijn linkerhand blijft hij proosten en toosten. De uitvoerend kunstenaar Ton Mooij uit Amersfoort heeft er van meet af aan lol in gehad. Nog niet zo lang geleden haalde Ton het journaal met de oplevering van een beeld voor de Sint-Jan in Den Bosch: een engel met een mobieltje aan zijn oor. Maar onze Losbol mag er ook zijn. En zeker ook de geschiedenis die daar achter steekt. Hij is niet alleen de patroon van Gemert-kermis maar ook symbolisch voor de historische apartheid van Gemert. Ingeklemd tussen de calvinistische noordelijke Nederlanden en de katholieke zuidelijke Nederlanden is Gemert zo’n anderhalve eeuw een trait-d’union tussen Noord en Zuid. Met de godsdienst ‘vrij’ en dat is bijna uniek in de Nederlanden. Uniek is in elk geval dat in die periode de katholieke vorst van Gemert de protestantse dominee benoemt. Waar komt dát nou voor?

Desalniettemin moet hier de katholieke kerk, die veertien jaar lang door gereformeerden is gevorderd en gebruikt, wel opnieuw worden gezuiverd en ingewijd. En laat de buitenlandse bisschop die daarvoor naar Gemert wordt gehaald die wijding nu uitgerekend verrichten op de feestdag van de Heilige Dionisius. Hij, de eerste bisschop van Parijs, is in 272 onthoofd en de legende wil, dat hij na die gebeurtenis meteen zijn hoofd opraapt en zijn beulen toont met de gevleugelde woorden: “Vlegels, kijk nu eens wat jullie hebben gedaan!” Er volgt een heiligverklaring en de beeltenis van een bisschop met het hoofd in zijn armen in plaats van op zijn romp, wordt een icoon. In de volksmond: de heilige losbol! De dag van de in Gemert hernieuwde kerkwijding zal zo’n 250 jaar lang, geheel volgens de traditie, elk jaar worden gevierd als ker(k)mis. Een kermis met voor iedereen een extra attractie die tot ver over de grenzen bezoekers trekt. Gedurende acht dagen – het octaaf van de heilige Dionisius – wordt in de kerk, om de hoek van het kermisterrein, de monstrans met de heilige hostie uitgestald, die bij elk kerkbezoek maar liefst 700 jaar aflaat oplevert. Te gek gewoon. Voor alle inwoners en alle ‘buitenlands’ kermisbezoek gaat het vagevuur hier al in 1683 op een flink lager pitje. De heilige Losbol is van meet af aan een populaire jongen. In het Gemert van nu is hij, helemaal van deze tijd, óók symbool voor zinloos geweld.

Bekijk PDF