GH-2016-01 ‘Ik ving deeger een mooi woord’
Hein van Dooren
Wie: Wim Vos
Leeftijd: 78
Woonplaats Gemert
Wat doet hij: gepensioneerd, voorheen docent Engelse taal- en letterkunde.
Functie bij Heemkundekring: onderzoeker, schrijver, corrector, organisator Grooët Gímmers dikteej, secretaris (1961-1966) en vice-voorzitter (1981-2011).
In de hal van huize Vos staat een hometrainer. Wim Vos die jaren heeft doorgebracht achter de computer om zijn Gemerts Woordenboek te vol-tooien, moet meer aan zijn lichamelijk conditie doen, zegt hij zelf. Vos kan zonder overdrijving de ambassadeur worden genoemd van het Gímmers dialect. Met onafgelaten ijver werkt hij al vanaf de jaren zestig aan het woordenboek dat binnen afzienbare tijd gaat verschijnen. Hij zette het Gímmers zodanig op de kaart dat het hare majesteit behaagde hem onder meer daarvoor te onderscheiden. Of zij er ook een woordje Gímmers aan heeft overgehouden valt helaas niet eenvoudig te achterhalen.
“In de jaren zestig fietste ik naar De Mortel waar ik onderwijzer was. Ik was net lid geworden van de heemkundekring en dacht er over na wat ik voor de club kon betekenen. Dat het geen historie zou worden wist ik meteen. Ik studeerde taal, daar kan ik me beter op concentreren, vond ik. Voordeel was dat mijn vader en moeder behoorlijk Gímmers praatten. Ons moeder wilde nog wel eens overschakelen op Nederlands, maar onze vádder sprak tegen iedereen Gímmers, of het nou de buurman was of de burgemeester. Niet uit protest, maar omdat hij vond dat je in Gemert Gímmers moest spreken.”
“Ik sloeg aan het verzamelen. Elke keer als mensen met elkaar praatten, schreef ik woorden op die mij opvielen. Deeger vind ik bijvoorbeeld een mooi woord. Een leerling in De Mortel riep eens: ‘Míster, míster haj zit deeger tígge meen kónt te skuppen’. Deeger is een woord dat in het hedendaags Nederlands niet voorkomt. Het stamt uit het Middelnederlands. Het is zo’n gek woord dat een Amsterdammer het niet zal snappen. In het Gímmers volkslied is deeger door pastoor Poell trouwens verkeerd gebruikt. Wij zingen: ‘Wor ’t kestaël már deeger stí in ’t aawe graft te droome’. Maar deeger betekent niet ‘voortdurend’. Hij ligt mij deeger te vervelen wil niet zeggen ‘onophoudelijk’. Textielfabriek Van den Acker staat ook niet deeger aan de Schoolstraat. Skoewr is ook zo’n mooi woord. Het stamt uit het Gotisch, een uitgestorven Germaanse taal. Het Gotische skura windies betekent windvlaag. In het Nederlands bestaat het niet meer, maar in het Gímmers wel.”
“Het zichtbaar maken in schrift wat hoorbaar is, is het moeilijkste wat er is. Het is allemaal ingewikkelder dan je denkt. Het Gímmers kent bijvoorbeeld 75 verschillende klanken. En dan ligt het er ook nog aan met wie je spreekt. Werkmensen zeggen bijvoorbeeld grooët, terwijl boeren grout zeggen.” “In 1994 ben ik begonnen met het op kaarten zetten van de woordenlijst van Martien van der Wijst. In december 1996 is dit idioticum, het waren allemaal gekke woorden, uitgekomen. Daarna ben ik het gaan uitbreiden. Mijn hele verzameling van papiertjes heb ik in de computer gezet en dat heeft geleid tot een woordenboek met meer dan 10.000 woorden. Als je ook de uitleg meetelt zijn het ongeveer een half miljoen woorden.”
“In Nederland wordt er een beetje neergekeken op dialect. In Engeland is dat niet zo. Ze hadden ooit een minister van Defensie uit Schotland die door Engelsen moeilijk te verstaan was. Vinden ze daar normaal. Hier word je dan voor de gek gehouden. Ik zal nooit zeggen dat de ene taal mooier is dan de ander. Het is geen schilderij. Moet ik Papoeaas lelijk vinden omdat ik het niet spreek?”
Dat Wim Vos het qua belangstelling niet alleen bij taal gehouden heeft, blijkt uit een kritische brief die hij in 1976 stuurde naar het toenmalige bestuur van de heemkundekring. Hij wilde in het conflict tussen het bestuur en de werkgroep een bemiddelende rol spelen. “Het bestuur beschouwde de nieuwelingen als links, langharig tuig, maar ik zag wat Ad Otten allemaal deed. Ik dacht: in die man zit potentie. Hij kan goed nadenken, heeft historisch besef en
een kritische geest. Zo iemand moet je hebben. Op mijn brief heb ik nooit een reactie gehad, maar moet je zien wat er uit de vernieuwing ontstaan is. Kijk naar het heemblad, kijk naar de website. We zijn een vooruitstrevende kring waarvan je er in Nederland maar weinig hebt.”