GH-2013-03 Jonge boerin onder stroom

 

Theo Donkers (oudste zoon van Riek van den Acker)

Het tweede weekend van september 1946 is cruciaal in het leven van Johan en Riek geweest. Want op zondag 15 september is
het aan geraakt tussen de zoon van Doruske Donkers en Mieke Biemans van de Mouthoef in Boekel en de dochter van Kneel van den Acker en Jana van Asseldonk uit de Deelse Kampen in Gemert. Maar, daar ging wel een drama aan vooraf!

Wat is de aanleiding geweest dat zij die dag elkaar troffen? En hoe heeft dat geleid tot die eerste kus als bevestiging van de wederzijdse gevoelens? Waarom willen we juist dit hier vertellen? Heel simpel omdat het een bijzonder verhaal is dat deel uitmaakt van een bijzonder gebeuren dat in genoemd weekend in Gemert plaatsvond. Met behulp van de Gemertsche Couranten van vrijdag 13 en vrijdag 20 september 1946 plus een kopie van de voorpagina van de Helmondsche Courant van maandag 16 september 1946 heb ik een en ander kunnen reconstrueren.1 Het weinige wat Riek van den Acker zelf over het ronduit dramatische gebeuren heeft los gelaten, maar wat door haar oudere zus Mien en haar jongere broer Wim met meer woorden werd bevestigd, was voor mij aanleiding om op onderzoek uit te gaan en te trachten een reconstructie te maken van hoe het aan raakte tussen Johan en Riek. Mijn nieuwsgierigheid werd extra gewekt omdat geen van genoemde kranten melding maakte van het drama wat zich op zondagmiddag 15 september 1946 in Gemert heeft voltrokken en waar wonder boven wonder geen doden bij zijn gevallen.

Dansende boerinnekes en springende jonge boeren

Via stamboomonderzoek dat bijna vijf eeuwen familiegeschiedenis overspant, weten we dat zowel de voorouders van Johan als
die van Riek allemaal boer zijn geweest. In hun aderen stroomt derhalve honderd procent boerenbloed. Het is dan ook niet verwonderlijk dat we  beide jonge mensen aantreffen bij de feestelijkheden rond het vijftigjarig bestaan van de Noord-Brabantse
Christelijke Boerenbond (NCB). Zoals we in de aankondiging van de krant van 13 september kunnen lezen, vonden de activiteiten rond deze heuglijke gebeurtenis plaats in het weekend van 14 en 15 september 1946.

Het is dan ook niet ondenkbaar dat zij allebei de aankondiging van de festiviteiten in de krant met veel belangstelling hebben
gelezen. En misschien heeft Johan stiekem gehoopt dat ook Riek daarbij aanwezig zou zijn, want het is bekend dat hij toen al een oogje op haar had. En ook het hart van Riek is misschien wel wat sneller gaan kloppen toen ze in het Programma van de Grote Jonge Boeren en Boerinnen-dag las: “Het wordt een feest van kleuren, van dansende boerinnekes en springende, rennende Jonge Boeren …” Of toch niet? Want Riek was pas negentien jaar en wou van alles, maar verkering? Riek wou lerares worden en les gaan geven.

Sinds de oprichting van de NCB, waar ook een heeroom van de vader van Riek een zeer belangrijk aandeel in had gehad, had de
bond ervoor gezorgd dat de zogenaamde Boerenstand in Brabant zich bewust was geworden van de belangrijke rol die zij speelde in de economische ontwikkeling van de provincie. Van die bewustwording moeten daarom ook Johan en Riek doorspekt zijn geraakt. De vlammende toespraak die ministerpresident Beel die zondag na de hoogmis op het Borretplein voor al die jonge boeren en boerinnen
heeft gehouden zal daar zeker aan hebben bijgedragen. De Helmondsche Courant van maandag 16 september 1946 heeft de hele toespraak op de voorpagina afgedrukt. Beel zegt daarin onder andere: “Het is mijn stellige overtuiging dat de boerenstand de beste eigenschappen van ons volk schraagt en dat het behoud van een krachtigen boerenstand een landsbelang vormt van de eerste orde.”

Van wat we niet lezen in vermelde krant, en ook niet in de Gemertsche Courant van 20 september 1946, maar wat die zondag wel is
gebeurd – bevestigd immers door genoemde betrouwbare bronnen – treffen we alsnog aan  in het onderstaand verslag.

Stom geslagen door de stroom

Het touwtrekken was afgelopen. Op het veld maakte een aantal jonge boerinnen een dans om vervolgens plaats te maken voor de boerenzonen die 1500 meter om het hardst zouden gaan lopen. De spanning was voelbaar bij allen die zich verdrongen rond het centrale veld. Opdat de toeschouwers niet al te zeer de ruimte voor de sporters zouden beperken, was het strijdperk afgezet met palen en een stevige ijzeren draad van de Engelsen uit de oorlog. Opeens was daar een rumoer en ging een duidelijke siddering door
het publiek. Het hardlopen was nog niet begonnen. Iemand riep: “Den draad staat onder stroom!” Men zag een kluwen van verschrikte gezichten. Mannen riepen, vrouwen gilden. Haren stonden overeind. Duidelijk was dat zich hier een kleine catastrofe voltrok. Gelukkig was de stroom niet van die zwaarte dat men er onmiddellijk het leven bij liet. De meeste mensen gelukte het om van de vermaledijde stroomdraad los te geraken, mede dankzij slagvaardig optreden van diverse jonge boeren. Maar voor Riek van den Acker uit de Deelse Kampen verliep de redding niet geheel vlekkeloos. Enkele jonge boeren hadden al geprobeerd haar van de stroomdraad los te trekken welke zij krampachtig vast bleef houden, niet in staat zijnde die uit eigen beweging los te laten. Bovendien kreeg iedereen die haar aanraakte meteen ook de nodige schokken te verduren.

Riek ligt op de grond en niemand doet iets. Tussen de omstanders staat ook de jonge boer Johan Donkers van de Mouthoef in
Boekel die al enige tijd een oogje heeft op de jonge vrouw die daar met een hevig verkrampt gezicht in het gras licht te schokken, omgeven door met radeloosheid stomgeslagen boerenzonen en -dochters. In de beginjaren van de oorlog woog de jongeman amper 55 kilo en hoestte veel. Toen Johan tijdens de oorlog door de Arbeidsdienst werd opgeroepen om zware arbeid te gaan verrichten
in de bergen van Mook, had een van zijn broers gezegd: “… Of hij overleeft het niet, of hij wordt er sterk van!” Hier was dan ineens die Boekelse boerenzoon die iedereen opzij duwde, zijn zakdoek om de stroomdraad sloeg en met één ferme ruk Riek van den Acker van de vervloekte draad verloste …

Dramatische gebeurtenis in de doofpot?

Tijdens mijn zoektocht naar de gebeurtenissen op die gedenkwaardige 15e september 1946 ben ik in geen van de genoemde kranten iets tegengekomen over het dramatische incident wat die zondagmiddag heeft plaatsgevonden. Op een gegeven moment is een draad welke gespannen was om het publiek buiten het ‘strijdperk’ te houden, onder stroom komen staan. Volgens drie personen die
daarbij ook aanwezig waren, stond er 220 volt op en bleven tientallen personen aan de draad ‘plakken’. Zij konden zichzelf daar niet van bevrijden. Niet alleen mijn moeder, ook haar broer Wim heeft aan die draad vastgezeten. Onafhankelijk van elkaar vertelden zij hoe verschrikkelijk het was. Toen het gebeurde had mijn moeder het gevoel dat haar ogen uit de kassen sprongen en tegen de glazen van haar bril bleven plakken. Mijn moeder had na het gebeuren schroeivlekken in haar handen en heeft twee weken lang niets vast kunnen pakken zonder weer een soort van stroom door haar lichaam te voelen gaan. Onze ome Wim herinnert zich dat ze tegen hem riepen. “Ge moet umhog springe en dan losloate!” Maar hij kon niet springen. Hij dacht dat zijn laatste uur had geslagen. Wim kwam pas los toen de stroom eraf ging. Beiden zeiden ook dat als ze nog veel langer aan die draad waren blijven hangen, ze het niet overleefd zouden hebben. Ze hadden het gevoel dat hun laatste uur had geslagen. Gelukkig heeft Riek aan het hele gebeuren verder niks overgehouden, behalve haar Johan dan.

Stel je voor dat die draad langer onder stroom was blijven staan, dan was er ongetwijfeld een aantal slachtoffers gevallen. Dat zou voor Gemert een ramp zijn geworden. Hoe komt het dat daarvan niets is terug te vinden in de kranten van toen? Heeft de organisatie van het festijn daar een hand in gehad? Uiteindelijk waren zij verantwoordelijk voor het incident. Of is er misschien sprake geweest van censuur?

En er blijven vragen. Wat is er precies gebeurd op die middag? Hoe heeft die draad onder stroom kunnen komen staan? Hoeveel
mensen hebben aan die draad vastgezeten? Wat hebben ze gevoeld? Wat hebben ze gedacht? Hoe zijn ze los gekomen? Wie heeft ervoor gezorgd dat de stroom weer van de draad werd afgehaald en hoe heeft hij/zij dat gedaan? Wat hebben mensen die zelf niet aan de draad vast zaten gezien? Wat hebben ze vervolgens gedaan om de slachtoffers te helpen? Waren er gewonden? Hoe is er door de organisatoren van het festijn gereageerd op het incident? Heeft iemand een wel zeer gevaarlijke grap uitgehaald?

Hoe ’t aan raakte op ’t pèdje

Vele jaren later hoor ik van Mien van den Acker hoe Johan na het redden van Riek zijn kans schoon zag. Hij heeft de verschrikte
en bijzonder aangedane jonge boerin aangeboden om haar achterop zijn fiets naar huis te brengen. Zij kon geen nee zeggen tegen haar redder. Dus fietsten zij even later via het Kruiseind en langs de prachtige molen “De Bijenkorf” en over De Deel tot aan de boerderij van d’n Tûws, waar ze het pedje naar de boerderij van Kneel van den Acker en Jana van Asseldonk op fietsten.2 Eerst
over het karrenspoor langs de hoge beukenheg en dan tussen aan weerskanten prikkeldraad over het door vele fietswielen uitgeholde paadje van nog geen twintig centimeter breed. En ergens halvewege dat pedje, waarschijnlijk bij de met enkele prachtige knotwilgen omgeven waterpoel, vol met kwakende kikkers, daar heeft Johan al zijn moed verzameld en is gestopt. Of heeft hij in al zijn
zenuwen in de bocht niet goed meer het evenwicht kunnen bewaren. Maar daar op die plek heeft hij, denken wij, met bonzend hart Riek verteld dat hij verliefd op haar was en daar hebben ze elkaar, denken wij, de allereerste kus gegeven.

En Wim? Die moest te voet naar huis. Iemand had nog tegen hem gezegd: “Miskien worde wèl hil aawd naw ge zò onder stroom hèt
gestôn!” Maar Wim moest elke honderd meter stil blijven staan omdat hij niet meer kon lopen, zo zeer deden zijn benen. En bij d’n Tûws dacht hij zelfs dat hij nooit meer thuis zou komen. Inmiddels is hij wel 81 jaar oud.

NOTEN:

1. In de Helmondsche Courant staat een drukfout. Er staat maandag 15 september i.p.v. maandag 16 september.

2. Riek van den Acker heeft zelf een prachtige beschrijving van ’t pèdje gegeven in Gemerts Heem 1997 nr.2.

Bekijk PDF