GH-2011-03 De onzichtbare hand van Maria

De Duitsers mochten niet over Handel

Ad Otten

Op 10 mei 1940 vielen Duitse troepen Nederland binnen. Een van de belangrijkste hoofdlijnen waarlangs werd opgerukt liep van Gennep-Mill-Uden-Veghel naar Tilburg. In Uden vestigde General-Oberst Von Küchler, commandant van het 18e Duitse Leger te Uden zijn hoofdkwartier in het Missiehuis aan de weg tussen Uden en Volkel. Onder zijn commando viel ook een vliegeenheid waarvoor hij de beschikking kreeg over het bij het Missiehuis gelegen voetbalveld. Met verkenningsvliegtuigjes kon de General-Oberst nu contact onderhouden met zijn superieuren ins Vaterland. De vliegroute liep over Handel en dat moet voor één der vliegers problemen hebben opgeleverd. We citeren uit: ‘Broeder Gerardus’ In Uden stond een huis…, in: Sint Michaels Almanak, 1947, blz. 78: De vliegtuigen stijgen en dalen op ons terrein, zodat het al spoedig een toeloop van mensen veroorzaakt, die nog nimmer een vliegtuig van zo nabij gezien hebben. Het zijn meestal jachtvliegtuigen: koeriers die van het front naar het achterland boodschappen brengen. Een geregelde vlucht wordt ingesteld via Gemert, naar Duitsland. Als treffende bijzonderheid wordt hier vermeld, dat in die dagen door een der Duitse vliegers werd gevraagd, wat het voor een kapel was, even buiten Gemert. Hij had herhaaldelijk opgemerkt, dat zijn machine telkens afweek, zodra hij boven die kapel kwam. Het was de Mariakapel van Handel.

Bekijk PDF