GH-2005-04 Geuzenkerkhof van Gemert ontdekt

Ad Otten

“Jao jao, dor laoge ze allemol óp ’n rééj. Van bekant veur án de straot tòt ’n ánd áchter óns haojs. Ze laoge allemol mí z’ne kòp tígge die muujr án de Rips!” Aan het woord is Martien van der Wijst, bewoner van het pand Binderseind 2, een geboren verteller.

De nu 81-jarige Martien is in de geschiedenis van Gemert altijd erg geïnteresseerd geweest. Hij is ook bekend met het gegeven dat op de plaats waar hij nu woont uit Den Bosch gevluchte predikheren in 1639 een nieuw klooster stichtten, en dat dat na de Vrede van Munster op last van de Hoogmogende Heren van Den Haag gesloten moest worden en dat daarna de kapel van dat predikherenklooster werd gebruikt als Gereformeerde Kerk van Gemert en als zodanig tot aan de Franse Tijd toe in gebruik is gebleven. In de volksmond heette die kerk: de Geuzenkerk en daarnaast lag de Geuzenschool… Ook het café D’n Engelenburcht staat op grond van het oorspronkelijke ‘geuzen’perceel. De naam van het café draagt zelfs een rechtstreekse herinnering aan ‘die Geuzentijd’ in zich. In de tweede helft van de achttiende eeuw woonde hier namelijk dominee Swildens met zijn gezin. En zijn echtgenote die hem tientallen jaren zou overleven luisterde naar de naam Sybilla Engelenburchs. Haar naam is overgegaan op de locatie.

Martien woont op een plaats die met recht een historische plek genoemd mag worden. In de Franse Tijd was hier ook de Mairie, oftewel de burgemeester gevestigd. Hier begon in 1828 ook het Instituut der Doofstommen dat in 1840 vanwege ruimtenood verhuisde naar St. Michielsgestel. Daar is het nu nog altijd gevestigd, zij het thans onder de naam Viataal. En aan de hoofdentree staat daar al heel indrukwekkend ‘onze’ rector Martinus van Beek, de stichter van het instituut meer dan levensgroot op een sokkel.

Maar terug naar de geraamtes waarop Martien in de loop van de zestig jaar dat hij daar al woont is gestoten. Lang heeft hij gedacht dat die van de paters predikheren waren, maar bij nader inzien kwamen we samen tot een andere conclusie omdat die predikheren er in totaal nog geen tien jaar hebben gezeten, terwijl het bovendien voor een belangrijk deel jonge predikheren waren die het Gemertse klooster bewoonden. Het ligt dus voor de hand dat die geraamtes niet van de Gemertse predikheren zijn maar van de Gemertse geuzen. En… het zou me niet verwonderen dat bij een zorgvuldig doorneuzen van de Gemertse begraafboeken we er op termijn ook nog wel achter komen wie er hier zoal begraven zijn. En mag dan blijken dat er ter plaatse toch ook enkele predikheren zijn begraven, dan lijkt het me haast zeker dat ze die op zeker moment toch hebben verhuisd naar het r.k. kerkhof, omdat de predikheren bij de geuzen ‘d’n aord nie han.’

GH-2005-04-Geuzenkerkhof-van-Gemert-ontdekt.pdf