GH-2003-04 In Memoriam pater Martin van der Drift

IN MEMORIAM PATER MARTIN VAN DER DRIFT

Rob de Haas

Op donderdag 2 oktober 2003 overleed op het kasteel van Gemert pater Martin van der Drift vlak voor zijn tweeëntachtigste verjaardag. Als lid van de congregatie van de Heilige Geest en kasteelbewoner heeft hij veel gedaan voor de Gemertse gemeenschap. Vooral voor mensen van buitenlandse afkomst die hier een nieuw bestaan probeerden op te bouwen. Met name de grote groep Indische Nederlanders die in 1951 en daarna in Gemert zijn komen wonen,hebben veel steun van hem gehad. In de uitgave van de heemkundekring “Enkele reis Indië – Gemert” (2001) wordt de belangrijke rol van pater Van der Drift bij de inburgering van de Indischen uitvoerig belicht.

Priester-leraar

Martinus Adrianus van der Drift werd op 16 oktober 1921 geboren in Maasland vlakbij Maassluis aan de Nieuwe waterweg, tussen Vlaardingen en Hoek van Holland. Een zondagskind, tweede van een groot katholiek gezin met zes jongens en zes meisjes. Niet ongewoon in die tijd. Zijn vader teelde druiven in kassen, de eerste stookkassen in het Westland en zo leerde de jonge Martin in de praktijk de fijne kneepjes van de druiventeelt. Hij deed er verder niets mee, want op 12-jarige leeftijd wist hij het al zeker. Missionaris zou hij worden. Spannende verhalen van missionarissen over hun werk in verre vreemde landen spraken tot zijn verbeelding en vanwege een aardige pater van de Heilige Geest, die bij hem thuis over de vloer kwam, koos Martin voor diens congregatie. Hij moest daarvoor na de lagere school wel helemaal naar het kleinseminarie in Weert. In die tijd een hele onderneming. Na zes jaar Weert en een jaar noviciaat in Gennep, kwam Martin van der Drift voor het eerst op het kasteel van Gemert terecht. Hier studeerde hij enkele jaren theologie. Die studie vervolgde hij aan de universiteit van Freiburg in Zwitserland, waarna hij in Genève tot diaken en subdiaken werd gewijd. In 1947 keerde hij naar het kasteel in Gemert terug. Daar werd hij op 21 november, 26 jaar oud, tot priester gewijd. Met spanning wachtte Martin af naar welk land hij als missionaris uitgezonden zou worden, maar het hoofd van de congregatie bepaalde anders. Pater Van der Drift werd teruggestuurd naar Weert om er op zijn oude school Latijn en Grieks te geven. Dat deed hij tot hij de opdracht kreeg om in Gemert de bekende Pater dr. Ed. Loffeld op te volgen. Deze gaf op het kasteel aan aanstaande missionarissen les in het kerkelijk recht. Maar om de lestaak van pater Loffeld over te kunnen nemen, moest Martin van der Drift zich eerst in dat vak bekwamen en daarin promoveren. Daarvoor ging hij naar Leuven. Aan die studietijd bewaarde hij goede herinneringen, zo zei hij zelf. Wat hij in België zo plezierig vond, was het internationale gezelschap dat uit medestudenten bestond uit 23 verschillende landen. Hij had toen al bijzondere belangstelling voor andere culturen en die is in de Leuvense periode alleen maar gegroeid. Na zijn promotie keerde Martin van der Drift weer naar Gemert terug. Liever was hij als missionaris naar Afrika gegaan, maar hij legde zich uiteindelijk neer bij de wens van zijn superieuren om les te gaan geven op het grootseminarie van Gemert. Dat deed hij van 1952 totdat in 1966 de priesteropleiding op het kasteel werd opgeheven.

Lokaal missiewerk

In de jaren zestig had de congregatie van de Heilige Geest zich tot taak gesteld om niet alleen missiewerk te doen in overzeese ontwikkelingslanden. Haar leden dienden zich ook verdienstelijk te maken binnen de plaatselijke gemeenschap. Dus zag je voortaan priesterstudenten in Gemert actief als sporttrainer, of catecheet, of als groepsleider. Dat waren in 1966, toen het grootseminarie ophield te bestaan, nog rond de zestig studenten. Gemert zou hen voortaan moeten missen. Voor pater Van der Drift en kasteeloverste pater Van Rooy reden om samen met o.a. mevrouw Corrie van Bommel en mevrouw Truus Fraza de Stichting Samenlevingsopbouw Gemert (SOG) op te richten. Inhakend op de democratiseringsbeweging van eind jaren zestig begin jaren zeventig werkte SOG aan de openbaarheid van bestuur en aan medezeggenschap van de Gemertse burgers op sociaal-maatschappelijk gebied. Daaruit vloeiden allerlei initiatieven voort, zoals de oprichting van de openbare bibliotheek en het jongerenwerk. Nu hij geen les meer hoefde te geven, kon pater Van der Drift zich naast zijn pastoraal werk geheel wijden aan de Gemertse gemeenschap. Jarenlang was hij secretaris van SOG en actief voor het weekblad “De Streek”. Maar het sterkst betrokken bleef hij toch altijd bij culturele minderheidsgroepen. Het kwam door zijn ‘missionarissenbloed’, zoals Martin het zelf noemde, dat hij zich tot hen aangetrokken voelde en dat hij zich altijd heeft ingezet voor minderheidsgroepen. Ook latere asielzoekers konden rekenen op zijn oprechte belangstelling en steun.

Vertrouwenspersoon

Pater Van der Drift heeft steeds een bijzondere positie in de Gemertse Indische gemeenschap ingenomen. Hij kende het wel en wee van heel wat Indische gezinnen en werd vooral beschouwd als een huisvriend. Op Indische avonden was hij steevast van de partij. Het bestuur van BINGO, de Indische vereniging die streefde naar intensivering van de contacten met de Gemertse burgers, benoemde hem tot erelid.

Het eerste contact met de Indische gemeenschap had echter een tragische achtergrond. Als assistent van pastoor Strijbosch van de nieuwe Gerardusparochie, komt pater Van der Drift in maart 1957 op condoleancebezoek bij de familie Lenoir op de Berglaren. Het zesjarig dochtertje van de familie was op tragische wijze om het leven gekomen bij een auto-ongeluk. Hij maakte toen kennis met diverse Indische mensen en al snel kreeg hij uitnodigingen om eens aan te komen. Zo groeiden de contacten met de Indische gemeenschap. Katholiek of protestant, het maakte hem niets uit.

Voor de Indischen werd Martin van der Drift een soort vertrouwenspersoon. Hij genoot hun respect en vertrouwen vanwege zijn hartelijkheid, openhartigheid en zijn toegankelijkheid. Er was altijd wel een aanleiding om bij iemand op bezoek te gaan. Dat gebeurde meestal ’s avonds. Ouders rekten zijn bezoek tot de kleinere kinderen naar bed waren en daarna kwamen de verhalen los. Over Indië, over het leven ginds, over hun ervaringen in de oorlog, maar ook over hun problemen hier met Gemertenaren en hun gewoontes, met hun eigen kinderen of over huwelijksproblemen. Over financiële perikelen ook wel eens, maar niet zo vaak. In die gevallen verwees hij naar hulpverleningsinstanties.

Bij de integratie van de Indische Nederlanders in de Gemertse samenleving heeft pater Martin van der Drift een heel belangrijke rol gespeeld. Zonder hem zou die zeker stroever zijn verlopen.

Pastor

Een bijzondere rol speelde pater Van der Drift ook als parochiegeestelijke. Als pastor ging hij voor bij de wekelijkse vieringen in de kapel van het kasteel. Toen binnen de katholieke kerk dramatische veranderingen plaatsvonden, – het aantal priesters en praktiserende gelovigen nam sterk af -, verstond hij de geest van de tijd. Samen met veranderingsgezinde parochianen vormde hij de kapelgroep, die op eigentijdse wijze invulling gaf aan de geloofsbeleving. Aan uittreden heeft hij nooit gedacht. Niet dat hij geen moeite had met sommige pauselijke wetten en uitspraken, maar hij vergeleek de kerk en de paus met een vader en zijn gezin. Ook al zou hij problemen hebben met zijn vader, daarom zou hij het gezin nog niet de rug toekeren. Ruimdenkend als hij was, toonde pater Van der Drift steeds warme belangstelling voor mensen met een andere cultuur en een ander geloof. Hij stond open voor andersdenkenden en respecteerde hun overtuiging.

Met het overlijden van pater Martin van der Drift is een geestrijke man heengegaan, die zich meer dan een halve eeuw in dienst heeft gesteld van de Gemertse gemeenschap.