Veel belangstelling voor heemkundekring

 
Veel bezoekers van Gemert Mèrt lieten zich op zondag 8 september informeren over heemkundekring De Kommanderij Gemert. Maar tot meer leden heeft dat niet direct geleid.
Wel liep de verkopen van boeken goed. De verkoop van de speciale uitgave van Gemerts Heem naar aanleiding van het honderdjarig bestaan van de brandweer onder de titel ‘Vol Vuur’ viel enigszins tegen. Maar veel mensen gaven aan dat ze het misschien nog gingen kopen bij de VVV of bij Bruna. Dan hoefden ze het niet op de markt mee te sjouwen. Bovendien brengt de brandweer de special ook zelf in omloop.
Ook konden mensen stemmen over de vraag of de vereniging ‘heemkundekring’ moet blijven, of verder gaat als ‘erfgoedvereniging’. De vraag kwam op, omdat heemkundekringen in de buurt meer jonge leden hebben gekregen sinds ze zich ‘erfgoedvereniging’ noemen. Met de uitslag van deze enquete is de heemkundekring weinig opgeschoten, want de uitslag was nagenoeg fifty-fifty.
Wat positief was, is dat bestuursleden van onze heemkundekring volop in gesprek konden gaan met bezoekers van Gemert Mèrt. Daardoor hebben ze goed kunnen uitdragen wat de heemkundekring doet en daardoor de vereniging onder de aandacht kunnen brengen van een breed publiek. Hoewel veel mensen verrast positief reageerden op de activiteiten van de kring, leidde dat niet direct tot meer leden. Maar veel bezoekers bleken dan ook uit Helmond, Bakel, Boekel of Beek en Donk te komen. En tja, die hebben hun eigen heemkundekringen.

FOTO: De kraam de de heemkundekring op Gemert Mèrt.

Publicatiedatum zondag 8 september 2024.

Stem op heemkundekring

Ook dit jaar kunt u heemkundekring De Kommanderij Gemert weer financieel steunen via Rabobank ClubSupport 2024. De Rabobank ondersteunt met deze actie elk jaar clubs in de samenleving financieel. Ook dit jaar mogen de leden van Rabobank Peel Noord weer hun stem uitbrengen op hun favoriete club voor de verdeling van dit ‘coöperatieve dividend’. De stemmen zijn dus geld waard. Hoe meer stemmen er op een club uitgebracht worden, hoe meer geld deze ontvangt.
Het lukt Heemkundekring Gemert al jaren om in de top van favoriete clubs van Gemert te eindigen. Vorig jaar mocht de heemkundekring uit deze actie 531 euro ontvangen.
Dit jaar staat de stemperiode van de ClubSupportactie open van 2 tot en met 24 september. Leden van de Rabobank krijgen automatisch bericht hoe en wanneer zij hun stem kunnen uitbrengen. Het doel van de Heemkundekring dit jaar is educatie. Heemkundekring De Kommanderij Gemert heeft hiervoor onder andere de Academie Gemert Vorstendom opgericht.

Boekje Vol Vuur gepresenteerd

Voorzitter Leo Holleman van heemkundekring  De Kommanderij Gemert bood dinsdagavond 27 augustus de eerste exemplaren van het boekje ‘Vol Vuur’ aan aan de brandweer Gemert-Bakel. Dat gebeurde in de brandweerkazerne aan de Cortenbachstraat in aanwezigheid van een afvaardiging van de brandweer en van de heemkundekring.
‘Vol Vuur’ is verschenen onder redactie van Gemerts Heem, het huisorgaan van de heemkundekring,  en geschreven door Simon van Wetten. Het is uitgegeven door de heemkundekring in samenwerking met de brandweer naar aanleiding van het 100-jarig bestaan van de brandweer. In ‘Vol Vuur’ wordt vooral ingezoomd op de afgelopen 25 jaar en daarmee is het boekje een vervolg op het boek ‘Elke seconde telt’ dat in 1999 eveneens werd uitgegeven door de heemkundekring en is geschreven door Ad Otten.
Voor leden van de heemkundekring verschijnt het boekje als themanummer van Gemerts Heem nummer 3, jaargang 2024. Niet-leden kunnen de extra druk met dezelfde inhoud, maar met aparte omslag en de titel ‘Vol Vuur’ à 9,50 euro kopen in de losse verkoop. Het boekje is te koop onder meer aan de kraam van de heemkundekring tijdens Gimmert Mèrt op zondag 8 september.

FOTO: Voorzitter Leo Holleman van de heemkundekring (rechts) biedt het boekje ‘Vol Vuur’ aan aan Joris van de Vossenberg, voorzitter van de personeelsvereniging van de brandweer Gemert-Bakel.

Om dit onderwerp te bekijken op Omroep Centraal KLIK HIER.

Publicatiedatum dinsdag 27 augustus 2024.

Heemkundekring neemt afscheid van Hans Vedder

Een delegatie van het bestuur van heemkundekring De Kommanderij Gemert nam op dinsdag 4 juni afscheid van directeur-bestuurder Hans Vedder van woningbouwstichting Goed Wonen. Bij die gelegenheid bood voorzitter Leo Holleman aan Vedder namens de heemkundekring het boek Gemerts Erfgoed aan. Dat gebeurde tijdens de afscheidsbijeenkomst van Vedder in cultuurhuis De Eendracht. Vedder is zeer begaan met cultureel erfgoed, waar hij als woningbouwer altijd zeer zorgvuldig mee omging.
Hij betrok de heemkundekring altijd bij projecten waar het erfgoed in het geding was, zoals de kerk Gerardus Majella op de Berglaren. Hij luisterde daarbij goed naar de argumenten van de heemkundekring, wat leidde tot een ontwerp voor een woongebouw waarin de ideeën van architect Jan de Jong uit de jaren vijftig behouden bleven. Ook beloofde hij dat in het nieuwe woongebouw het door kunstenaar Charles Eyk ontworpen beeld De Vredesmaagd terugkeert, dat jaren in de kerk stond. Verder stond hij open voor de wens van de heemkundekring om in het nieuw aan te leggen park rond de kerk werk van Gemertse kunstenaars te tonen.

Bij de foto: Voorzitter Leo Holleman overhandigt Hans Vedder namens de heemkundekring het boek Gemerts Erfgoed.

Publicatiedatum dinsdag 4 juni 2024.

GH-2023-2- Aanvulling Gemerts Woordenboek

Voor opmaak met illustratie in pdf: klik hier

Harry Slits

De laatste maanden heb ik voor allerhande Gemertse woorden die ik kreeg aangereikt, hoorde of zelf gebruikte gecontroleerd of ze zijn opgenomen in het Gemerts Woordenboek. Dat heeft weer een aantal nieuwe Gemertse woorden opgeleverd. De nieuwe lemmata zijn in dezelfde vorm gegoten als in het Gemerts Woordenboek van 2017 t.b.v. latere digitalisering. Dank aan Wim Vos voor zijn controlewerk.

Gímmers – Nederlands

aachterín
bw van tijd: na elkaar, achtereen. Twaë daog
aachterín han ‘w skon weer.
ánlooëpe (ánloupe)
ww onoverg (vormen, zie looëpe/ loupe, is ángelooëpe/
án-geloupe): 1. aanlopen, voor een
kort oponthoud, in het voorbijgaan ergens binnengaan
om er een bezoek te brengen. 2. in
een draaiende beweging steeds ergens tegenaan
komen. Dè wiel lùpt án, d’r zit ‘ne slág in.
bèùj3
v ev/mv -e verkl bèùjke: een potje. ’n Bèùj vrèèje.
dùrín
bw van omstandigheid: door elkaar, dooreen.
As gaj dè naw ’s éfkes dùrín doet, dan kanne we
zooë gon aëte. (zie ónderín).
gon
I. (onoverg:) 15. um iejt gon: iets gaan halen, een
boodschap doen. Ik góng no Guus Willems um ‘ n
spíssie-jaol skruujfke, èn ze han ’t!
hébbe1, hébbe2
ww overg (1héb, 2/2mhét, 3hé/hí, 1m/3mhébbe, 1/3ha,
2/2mhad, 1m/3mhan(ne), h. gehad [Opm: naast de
vorm héb, bv. in Héb ik dè gezíd? hoort men
soms de verkorte vorm Dè héé ‘k nie gezíd!
Zónne skonne fiets héé ‘k ok.]
inín
bw van hoedanigheid: in elkaar, ineen. Doe die
pepiere naw uurst ’s nètjes inín: leg die papieren
nou eerst eens enigszins op een stapeltje.
inspanne
ww overg (vormen, zie spanne, h. in-gespanne)
1. (van trekdieren:) inspannen. 2. (van mensen:)
(met succes) te hulp vragen. Ik wor nògal ’s ingespanne
dùr m’n aawlèùj vùr ’n bodskap òf ‘n
klusje as sjefeur.
kèùt
v ev/mv -e verkl kötje. 4. (biljarten:) geluksbal, carambole
die na een mislukte stoot, bv door een
klos tot stand komt; de tegenspeler jaagt dan
schertsenderwijs met de achterkant van de keu
de kèùt (het varken) weg vanonder de biljarttafel.
klus
v ev/mv -se verkl -ke: klus, karwei.
louman
m ev/mv -ne: onnut persoon, waardeloze vent,
iemand met wie niets positiefs te beginnen valt.
Dè zén allemol loumanne, dor hoewfde niks van
te verwaachte.
mínneg
bn (uitsl pred): menig. Dè héé ‘k oew al mínnege
kaër gezíd: dat heb ik je al menige keer/vaker
gezegd.
naëje naëje
tw: nee nee (heftige ontkenning). Naëje naëje, dè
ziede gaj híllemol verkaërd.
ópín
bw van plaats: opeen. Ze stónnen allemol ópín: ze
stonden allemaal dicht bij elkaar, opeen.
pikke
ww overg (-t, -te, h. gepikt): 5. snel nemen, afsnijden
(van bochten). Óp de Lòdderdejk kaande
lèkker bóchjes pikke.
sjefeur
m ev/mv -s verkl -ke: chauffeur.
slág
m ev/mv slaëg verkl slaëgske: 10. Door stoten of
wringen onstane afwijking van de perfecte ringvorm
(bv van een wiel). Jónge, ge hét ‘ne grooëte
slág in oew wiel; ‘k zal ’n nééj wiel moete spaoke.
spaoke
ww overg (1spaok, 2/2m/3spákt, 1m/3mspaoke,
1/2/2m/3/1m/3mspákte, h. gespákt): spaken spannen
tussen de velg en de naaf van een wiel. Hiejr
jónge, spákte gaj dí wiel ’s éfkes vùr maj.
speule
I. onoverg: 7. op het programma (film, theater)
staan. Wa spùlt ‘r vandaog in de Eendracht? 8.
aan de hand zijn. Ik weet nie wat ‘r in die femielie
spùlt dè ze dè haojs nòg nie verkaocht hébbe; ’t
stí al jorre líg.

 

Nederlands – Gímmers

achtereen (na elkaar): aachterín
afsnijden (bochten): pikke 5
boodschap (een – doen): (zie gon I, 15)
chauffeur: sjefeur
dichtbij (- elkaar): ópín
dooreen (door elkaar): dùrín, ónderín
geluksbal (bij biljarten): kèùt 4
halen (iets gaan -): (zie gon I, 15)
hand (aan de – zijn): speule I, 8
hulp (met succes te – vragen): inspanne
ineen (in elkaar): inín
karwei: klus
klus: klus
menig: mínneg
nemen (snel bochten -): pikke 5
ontkenning (heftige -): naëje naëje
opeen (op elkaar): ópín
persoon (onnut -): louman
potje (een – vrijen): bèùj3
slag (in wiel): slág
spannen (spaken): spaoke
staan (op het programma -): speule I,7
tegenaankomen (in een draaiende beweging
ergens -): ánlooëpe, ánloupe
vent (waardeloze -): louman

 

Op ’t mèrtvèld stónnen ze allemol ópín no d’n optocht te kiejke.

 

GH-2023-2-Kapittelstokjes Dubbel kruisbeeld in Gemert

Voor opmaak met illustratie in pdf: klik hier

 (door Jan Timmers)

In Gemerts Heem – jaargang 1978 – schreef Ad Otten een kapittelstokje over ‘den dubbele Lievenheer’. Het ging over een bijzonder wegkruis in Gemert, dat op initiatief van pastoor Poell werd opgericht op de splitsing van Prins Bernardlaan en Pater van den Elsenstraat. Nu staat op die plaats het Indiëmonument. Het wegkruis was aan beide kanten voorzien van een christusbeeld. Op zaterdag 11 november 1931 werd dit dubbele wegkruis ingewijd door monseigneur Willem van Dinther, magister-generaal van de Orde der Kruisheren en afkomstig uit Gemert. In de Gemertse Courant van 14 november werd er verslag van gedaan.
Het dubbele christusbeeld was een echte bijzonderheid. Dat blijkt bijvoorbeeld uit de aandacht voor de inwijding van het kruis in de Katholieke Illustratie van november 1931.
Het is een kort bericht, maar wel bijzonder vanwege de foto die erbij werd afgedrukt. Op die foto is de dubbele Lieve-Heer goed zichtbaar. Het is tot nu toe de enige foto die bekend is, waarop te zien is dat het om twee christusbeelden gaat.

 

Dit bericht over het dubbel wegkruis in Gemert stond in de Katholieke Illustratie jaargang 66 – nummer 6 – 11 november 1931.

GH-2023-2-Kapittelstokjes Het slachtoffer heette Johannes Smits

Voor opmaak met illustratie in pdf: klik hier

(door Paul Verhees)
In het vorige nummer van Gemerts Heem plaatste ik een artikel over de stoomtram De Goede Moordenaar. Daarin schreef ik dat een paar Gemertenaren de tram een echte moord in de schoenen hadden willen schuiven. Ze hadden een door hen bewusteloos geslagen man op de tramrails gelegd in de hoop dat hij zou worden overreden, waardoor hun misdaad zou worden gecamoufleerd. Vanuit het Zuidlimburgse Oirsbeek reageerde Frans Winkens, een trouw lezer van Gemerts Heem. Zijn moeder is in Gemert geboren. Haar ouders Peeters-Smits woonden aan de Virmundtstraat. Als gedreven genealoog schreef Frans Winkens het boek ‘Geboren uit bronsgroen eikenhout en paarse hei’ over zijn familiegeschiedenis. En daarin besteedde hij aandacht aan de dood van zijn overgrootvader Johannes Smits. Juist ja, de man die in 1884 in Gemert op de tramrails werd gelegd.
Johannes Smits werd op 26 november 1852 geboren aan het Bijnderseind 50 in Gemert als zoon van wever Jan Smits. Hij werd zelf ook wever, trouwde met Constantia Maria Althuizen en overleed op 31-jarige leeftijd op 28 mei 1884. De toedracht rond zijn overlijden heb ik beschreven in het in maart verschenen Gemerts Heem nummer 1 van 2023. Wat er toen niet bij stond: de verdachten zijn in augustus 1884 bij gebrek aan bewijs op vrije voeten gesteld.

 

Diverse landelijke dagbladen wijdden één zinnetje aan de vrijlating van de moordverdachten op Johannes Smits. Hier uit Nieuws van de Dag, De Tijd en Algemeen Handelsblad.

GH-2023-2-Middeleeuwse routeplanner op internet

Voor opmaak met illustratie in pdf: klik hier

Casper Kalb

Het is nu de normaalste zaak van de wereld: voordat je de deur uit gaat even op Google Maps kijken hoe je moet komen van de plek waar je bent naar de plek waar je moet zijn. Hoe zou dat in de middeleeuwen zijn gegaan? De mensen van toen zouden veel gehad hebben aan de middeleeuwse routeplanner van het onderzoeksproject Viabundus (op internet te vinden via de website www.brabantserfgoed.nl/viabundus).
Voor een gebied tussen Brugge, Kopenhagen en Moskou zijn de belangrijkste routes in kaart gebracht. Je kunt je virtuele tijdreis zelf bepalen door starten eindlocatie en je vervoermiddel in te voeren. Dat de kernen van Gemert en Bakel een knooppunt vormden, wordt in die routeplanner in één oogopslag duidelijk. En dat die wegen door de eeuwen heen gekoesterd zijn, blijkt bijvoorbeeld als je de wandeling van Bakel naar het Ridderplein in Gemert ook in Google Maps invoert. Je legt nog steeds precies dezelfde route af, die ook nog eens even lang duurt (anderhalf uur). We zijn dus in al die eeuwen niet per se harder gaan lopen.
Viabundus via Brabant
Het project Viabundus is een breed project dat wordt uitgevoerd door de universiteit van Göttingen. Voor Noord-Brabant worden gegevens aangeleverd door Erfgoed Brabant in samenwerking met verschillende studenten, heemkundekringen, musea, docenten, academici en vrijwilligers. In diverse artikelen gaan auteurs in op het reizen (door Brabant) in de middeleeuwen en de vroegmoderne tijd. Jan Timmers heeft namens Heemkundekring De Kommanderij Gemert ook een bijdrage geleverd.

 

De kortste wandelroute van Bakel naar Gemert, anno 1400 (website Viabundus) en anno 2023 (Google Maps).

 

GH-2023-2-Over ’t pedje naar de Deel

Voor opmaak met illustratie in pdf: klik hier

Theo Donkers en Riek Donkers-van den Acker

In het Gemerts Nieuwsblad van 2 mei 2023 stond in de rubriek Gemeentenieuws een uitnodiging voor een omgevingsdialoog voor het gebied tussen Deel en Groenesteeg. Daarin wordt belanghebbenden gevraagd om mee te denken over hoe dit gebied moet worden ingericht als er woningen gebouwd gaan worden. De gemeente Gemert-Bakel wil de komende tien jaar nog eens 2400 woningen bouwen en daarbij zal opnieuw eeuwenoud landelijk gebied verloren gaan.
En hier gaat het nu om een gebied waar ik heel veel mooie herinneringen aan heb. Een van die herinneringen betreft het oude kerkpad dat vlakbij de oude boerderij van mijn opa Kneel van den Acker begon en eindigde bij de monumentale boerderij van D’n Tuws, gelegen aan de Deel. Mijn op 1 september 2009 overleden moeder, Riek van den Acker, schreef in het Gemerts Heem van 1997 nr. 2 over ’t Pèdje nô de Deel onder andere het volgende: “Waj han vrügger onz aajge pètje nó de skool èn nô de kéérk. Dè gong dûr onze Fôs, èn kwam aojt op ’t stichje dè nô d’n Tûws liejp in de Deel, ge wît wél, die skôn boerderééj aojt 1699. ’t Iz ‘r al ’n éngkelt jaor nie mir (dè pèdje).” De vertaling van voorgaand Gemertse citaat luidt: “Wij hadden vroeger ons eigen paadje naar de school en naar de kerk. Het ging over onze akker en kwam uit op het steegje dat naar ‘d’n Tuws liep in de Deel, je weet wel die mooie boerderij uit 1699. Het paadje is er al enkele jaren niet meer.”
Aldus een heel klein deel van het verhaal van ons moeder over ’t kerkpaadje dat liep van de Groenesteeg naar de Deel. Het paadje was ruim vijfhonderd meter lang en voor ongeveer de helft (het deel van het paadje dat over het grondgebied van Van den Acker liep) niet breder dan één meter. Het liep tussen de weide- en akkerlanden van respectievelijk Cornelis (Kneel) van den Acker en van ‘D’n Tuws’, de eigenaar van de monumentale boerderij op de hoek van het paadje en de Deel.
Langgevelboerderij
In dit artikel staat een recente foto van de boerderij van D’n Tuws in volle glorie. Daarop is vóór de heg een klein wit vierkant meterkastje te zien. Daar kwam het paadje uit op de Deel. Ver op de achtergrond is vaag zichtbaar de oude langgevelboerderij van Kneel van den Acker aan de Groenesteeg. Een nu nog maagdelijk boerenlandschap dat eigenlijk beschermd zou moeten worden. We hebben wat onderzoek gedaan in het archief en op oude kadastrale kaarten nergens een paadje vinden.
Dat betekent dat het hele paadje naar de Deel over particuliere gronden liep en dus officieel niet bestond. Geen wonder dat het bij de ruilverkaveling werd omgeploegd. Men ging toen niet meer te voet naar de kerk. En zo werd het eeuwenoude kerkpaadje overbodig en kon het verdwijnen. Het paadje zoals ik het me herinner uit mijn kindertijd (jaren ’50, begin jaren ’60) bestond uit een door het vele fietsen uitgesleten hol zandpaadje van ongeveer 25 centimeter breed met aan weerskanten een strook kort gras met zo om de zes meter een houten weipulleke (weipaaltje) met daaraan op circa tachtig centimeter hoogte uiterst venijnig pikkerdraot (prikkeldraad) vastgespijkerd.
Achter op de fiets
Als ik achter op de fiets bij mijn tante Tiny over het paadje richting de Deel reed, had ik altijd schrik dat we onze benen aan de prikkeldraad open zouden halen. Tante Tiny nam me vaak mee naar het kasteel om er de eendjes te voeren. Als we dan langs D’n Tuws kwamen, begonnen hun twee bouviers gruwelijk te blaffen achter de heg en dan had ik heel veel schrik. Ook heb ik nog een vage herinnering aan mijn oma die in de verte over het paadje naar de Deel liep en erg opviel vanwege de grote witte poffer die ze op haar hoofd droeg. Het was in de tijd dat mijn oma vrijwel dagelijks te voet naar het dorp liep om de vroegmis in de oude kerk bij te wonen.
In het verhaal van ons moeder passeert over dat paadje dagelijks een bonte stoet van Gemertse mensen. Als mijn moeder samen met haar vader op de akker naast het paadje aan het werk was, dan stopte er regelmatig een passant die toch even zijn verhaal van die dag aan Kneel van den Acker kwijt moest. Het is prachtig om te lezen welke mensen allemaal over het paadje kwamen; mijn moeder beschrijft er tientallen. “Wejter, Hárrie én Kîske Manders, Nártje Verskürre, Verhaogen èm Poel aojd de Deel, Mieske Jaogerz èn Jan as ie z’nen hit nô de wèèj gebraocht ha. Òtte, de Panter, (hoe hiejd die ôk al wîr?) èn Rôjèkkers, Put aojd de Haach èn nòch soveul maer wôrvan iq de naom nie onthaawen hép.”
Ploegendienst
Er waren volgens ons moeder ook mannen die in ploegendienst werkten en ’s avonds in het donker te voet over het pèdje naar huis gingen. Bij D’n Tuws stond een lantaarnpaal, en ook bij de boerderij van Kneel, meer niet. In de winter kon het dan ook verrekkes donker zijn daar op het pèdje. Ik kan me voorstellen dat je er als een blinde tussen de prikkeldraden je weg naar huis moest zien te vinden… En ons moeder had ook oog voor de natuur: “Wôr ons pètje ophiejl èn de steecht begon nô d’n Tûws, dôr lách frügger ‘nen hîlle natte, verlôrren tip. Wa dôr in ’t fûrjaor allemôl groejde: dòtterbloemme, speenkraojt, gael lissen èn annemoontjes. Dôr zaote kikfórse, sallemanderz èn hael veul tàrren èn keeverkes. ’t Kriejoelde ‘rvan.” Oftewel in het Nederlands: “Waar ons paadje ophield en de steeg naar d’n Tûws begon, daar lag vroeger een hele natte verloren tip. Wat daar in het voorjaar allemaal groeide: dotterbloemen, speenkruid, gele lissen en anemoontjes.
Daar zaten kikkers, salamanders en heel veel torren en kevertjes. ’t Krioelde ervan.”
Natte verloren tip
Het was bij deze ‘natte, verlôrren tip’ (verloren hoek) waar het grondgebied van Van den Acker ophield en dat van d’n Tûws begon. Gaande van de Deel via het paadje naar de Groenesteeg liep je het eerste deel over het grondgebied van d’n Tûws. Dit eerste deel was een steeg (karrenspoor) die bij de natte verloren tip over ging in een smal fietspaadje, dat vervolgens uitkwam op de Groenesteeg, circa 25 meter ten westen van de boerderij van Kneel. Die ‘bonte stoet van Gemertse mensen’ bestond niet alleen uit bewoners van de Groenesteeg (de families Van den Acker en Van den Elsen), maar ook uit mensen die in De Wind woonden. De Wind is een buurtschap, gelegen ten noorden van de Peelse Loop.
De Wind
Het deel van de zandweg na de brug is nu een fiets- en wandelpaadje geworden dat door en langs het bosje naar De Wind loopt. Net als het paadje naar De Deel is ook het stuk zandweg vanaf de Groenesteeg naar de betonnen brug over de Peelse Loop, samen met de brug ergens na 1972 verdwenen. Daardoor werden de bewoners van De Wind gedwongen om via de Boekelseweg naar het centrum van Gemert te gaan. Ik heb als kind vaak bij die brug over de Peelse Loop in het water gespeeld. Ik kon onder de brug door lopen, zo diep was de beekbedding daar, en heb er héél wat stekelbaarsjes gevangen.
Hoe mooi zou het zijn om in de woningbouwplannen voor Deel-Groenesteeg het paadje naar de Deel weer tot leven te wekken, liefst op de plek waar het eeuwenlang lag. En helemaal mooi zou zijn als halverwege, daar waar het paadje een slinger maakt, de kikkerpoel weer in ere wordt hersteld. En ook zou het prachtig zijn als het geheel in een brede strook gras met bloemen wordt vervat. De prikkeldraad hoeft niet, maar wel graag een paar bomen en wat struweel bij de kikkerpoel.
Ontmoetingsplaats
Hier zou een ontmoetingsplaats moeten worden gecreëerd waar mensen elkaar hun verhalen kunnen vertellen, hun hart kunnen luchten en herinneringen aan vroeger op kunnen halen. Helemaal mooi – ik gebruik die term vaak, maar meen het ook echt – zou zijn als op deze plek ook een informatiebord komt te staan met de beschrijving van ons moeder van al die prachtige personen die over het oude paadje naar de Deel liepen. Een schrijven zowel in het Gemerts dialect als in het Nederlands. Een paadje van rust, waar alleen voetgangers en fietsers gebruik van mogen maken.

 

Verklaring gekleurde stipjes van boven naar beneden op detail luchtfoto van ’t pèdje: Rood – de boerderij van Kneel van den Acker en Jana van Asseldonk, de ouders van Riek; Geel – het begin van ’t pèdje bij de duiker in de sloot langs de Groenesteeg; Blauw – kikkerpoel ofwel een ‘hîlle natte, verlôrren tip’ waar ’t pèdje langs af slingerde; Donkergroen – de hoge beukenheg om het erf van D’n Tûws door donkere schaduw goed te zien; Lichtgroen – hier mondt ’t pèdje, tussen kikkerpoel en D’n Tuws ’t stigje geheten, uit in de Deel.
Een recente foto van de boerderij van D’n Tuws in volle glorie. De foto is genomen vanaf de Molenbroekse Loop die een stukje naar links onder de Deel door stroomt. Ik weet niet of de tip grond tussen de Deel en de Molenbroekse Loop ook volgebouwd gaat worden. Dat zou zonde zijn. Het zicht op de monumentale boerderij van D’n Tuws, en de landerijen daar achter, is dan helemaal verdwenen.
Op deze topografische kaart van rond 1900 is het paadje met geel gemarkeerd. De kaart is afkomstig uit de Grote historische topografische atlas 1894-1914 Noord-Brabant. Uitg.: Nieuwland 2005.
Deze foto van Jo, Piet en José van den Elzen is in 1956 gemaakt nabij de Deelse Kampen. Het is niet met zekerheid vast te stellen of ze hier op het in dit artikel bedoelde paadje staan, maar de foto geeft wel een beeld van hoe zo’n paadje er uit zag. (Foto NCB C19-142 A1458)

 

 

 

 

 

GH-2023-2-Kiek Naw Uitrusten onder het kruis

Voor opmaak met illustratie in pdf: klik hier

Paul Verhees (tekst en foto)

Op de hoek van de Rooije Hoefsedijk en de Leemskuilenweg zag ik aan de rand van een weiland een kruisbeeld met een bankje erbij. Als passant wist ik niet wie dat daar geplaatst had en waarom. Met mijn historische kennis zocht ik voor mezelf een verklaring. Vroeger stonden er in de velden wel eens hagelkruisen. Boeren wilden daarmee hun gewassen beschermen tegen blikseminslag, hagel- en stormschade. Op Boekent staat een moderne versie van zo’n hagelkruis dat daar al in de middeleeuwen heeft gestaan. Zou dit ook een in ere hersteld hagelkruis zijn? Toen ontdekte ik een kleine plaquette achter op het kruis. Daar las ik wat de betekenis hiervan was: ‘Ode aan Wim van der Kruijs (15-11-1921). Gemaakt door zoon Henk. Plaatsing: 21-09-2022’. Och, was dat niet de Wim die in 1965 het Mariabeeld uit de Ripse kerk van de sloop redde? Geen hagelkruis dus. Eerder een herdenkingsmonument. Wat me opviel: Henk biedt Onze Lieve Heer betere arbeidsvoorwaarden dan de middeleeuwse hagelkruisplaatsers. Hij zette er een bankje bij, waarop Christus zo nu en dan kan uitrusten van dat gehang aan het kruis.