GH 2024-1_Johan Claassen veelzijdig kunstenaar van De Peel
Naar pdf-bestand klik hier
Paul Verhees
In 1966 brandde Magazijn ’t Schaap tot de grond toe af. Een paar jaar later nam een groep jongeren het initiatief om op het braakliggend terrein een volkstuin in te richten. De nog relatief onbekende kunstenaar Johan Claassen was één van hen. Hij beschilderde een muur aan de rand van het volkstuintje. Hij zal wel geweten hebben dat dit kunstwerk geen eeuwig leven beschoren was, maar veel van zijn latere kunst kreeg wel een ereplaats in musea en op exposities.
Johan Claassen werd op 24 maart 1943 geboren in Beek en Donk en overleed op vrijdag 20 oktober 2023 in Bakel. Toch was hij vooral een Gemertse kunstenaar. Hij had ateliers aan de Handelseweg, aan de Scheiweg, in een lokaal van de voormalige meisjesschool Nazareth aan het Binderseind en tenslotte verscholen in de bossen aan de Grotelseheide in Bakel. Hoewel zijn werk tot ver over de landsgrenzen is geëxposeerd, was hij toch vooral een kunstenaar van De Peel.
Johan zocht kunst
Claassen creëerde geen kunst, hij zocht het en drukte er vervolgens zijn persoonlijk stempel op. Op de website van kunstmakelaardij Metzemaekers uit Oirschot schreef Johan over zijn werk: “Toevallige vlekken, vegen, krassen op papier of ander materiaal, een gevonden stuk hout, restmateriaal van voor andere doelen verzaagd spul enz., zet een reeks van associatieve mogelijkheden in gang, die tegen elkaar worden uitgespeeld. Tevoren is er geen thema of inhoud, ik weet niet wat en zeker niet hoe ik iets zal gaan maken. Via het toeval krijg ik toegang tot vergeten stemmingen, herinneringsbeelden, dromen, waarnemingen. Ik voeg toe, haal weg en blijf open voor onverwachte wendingen. Bijna altijd is er eerst een teveel aan vorm, dus er moet flink geschoffeld worden. Ik veronderstel dat mijn beelden een ineenstrengeling zijn van tegenstrijdigheden en omtrekkende besluipingen van het menselijk bewegen in de wereld, in relatie tot de directe omgeving, de natuur, de liefde, angst en violentie, kleine en grote geneugten, wensen en dromen, geluk en ongeluk.”
Gezin Claassen
Johan Claassen was de zoon van Albert Claassen en Maria van der Putten. Ze stichtten een gezin van zeven kinderen, waarin Johan als zesde in de rij de enige jongen was. De oudere zussen van Johan werden geboren tussen 1930 en 1937. Hijzelf werd zes jaar later geboren, maar meer dan welkom, zoals jongere zus Alma bij het afscheid van Johan memoreerde. Ze citeerde hun vader die bij de geboorte van Johan op een in het boek ‘Aeolos’ afgedrukt briefje dichtte: “Kleine Jantje grote vreugde, welkom in ons huisgezin. Wat brengt gij ’n grote vreugde, wat is dit een groot gewin. Dat zoo’n kleine teere kindje zoveel vreugde brengen kan, is voor ons niet te begrijpen lieve kleine Janneman. ‘k Breng U dank o grote schepper voor dit grote gunstbetoon, en ‘k vraag U help zijn Moeder om haar lieve kleine zoon, tot een sterke man te maken naar het lichaam en naar geest. Dat uw grote lieve gave niet is te vergeefs geweest.” Vader Claassen zou niet teleurgesteld zijn, als hij de levensloop van zijn zoon had mogen meemaken. Al op jonge leeftijd was Johan creatief en zijn moeder gaf hem een eigen kamer, waarin hij zich lekker kon uitleven. Na een jaar mulo ging Johan naar de textielschool van meester Scheepers in Gemert. Hoewel in de textielnijverheid niet zijn toekomst lag, kwam de opleiding hem wel van pas toen hij later als kunstenaar veel met textiel ging werken. In zijn driedimensionale werk ge-bruikte hij naast metaal en hout ook vaak textiel.
Willi Martinali
Johans vader was metaalarbeider bij Van Thiel’s schroefboutenfabriek in Beek en Donk en was daarnaast een verdienstelijk violist. Hij bespeelde een met zigeuners geruilde viool. Hij gaf ook vioollessen. Eén van zijn leerlingen was Willy Martinali, die het talent van Johan ontdekte. De in 1914 in Beek en Donk geboren Martinali vestigde zich in de Tweede Wereldoorlog in Deurne. Hij trok na de oorlog samen met de Gemertse kunstenaar Jan van Gemert als straatmuzikant door de regio, maar ontwikkelde zich ook tot een gerenommeerd textielkunstenaar. Het was deze Willi Martinali die Johan Claassen stimuleerde om zich te scholen aan de Academie voor Industriële Vormgeving in Eindhoven – de huidige Design Academy.
Landarbeidershuis
In Eindhoven kreeg Claassen schilderles van de Eindhovense kunstenaar Ruud Peeters en leerde hij tekenen van Kees Bol, die was opgeleid aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag. Na zijn avondstudie aan deze Academie voor Industriële Vormgeving (1963-1966) trouwde hij in 1966 – het jaar waarin zijn vader overleed – met Jeanne van de Ven. Ze kochten een oud landarbeidershuis aan de Handelseweg vlak bij Pelgrimsrust in Gemert. Met familie van Jeanne en vrienden knapte hij het op tot een kunstig en knus huis. Drie jaar later hielp Johan de oude boerderij van zijn zus Alma en zwager Ad opknappen. Hij herstuukte de muren met zijn blote handen.In hun huis aan de Handelseweg kre-gen Johan en Jeanne twee kinderen: in 1967 Bjorn en twee jaar later Ca-sper. En in die tijd rees ook de ster van Jan Claassen als kunstenaar. Al in 1970 exposeerde hij in het Noordbrabants Museum en in 1971 in het Stedelijk Museum Amsterdam. ‘De schoonheid van het onooglijke’ was een van de vette krantenkoppen, gewijd aan zijn kunst.
Collecties
In de jaren zeventig werd het werk van Johan Claassen opgenomen in vooraanstaande collecties zoals die van het Frans Hals Museum in Haarlem, het Stedelijk Museum in Amsterdam en Museum Beelden aan Zee in Scheveningen. Ook de Rijksdienst Beeldende Kunst, het Rijksmuseum Twenthe in Enschede, het Brabants Museum in Den Bosch, het Textielmuseum in Tilburg en de stedelijke musea van Haarlem en Nijmegen na-men werk in hun collectie op. Verder is zijn werk te vinden in de gemeentelijke kunstcollecties van Uden, Gemert-Bakel, Rosmalen en diverse andere gemeenten.Ook veel werk is in particulier bezit. Zijn zus Alma memoreerde tijdens zijn afscheidsdienst: “Zelfs toen mijn Ad het presteerde, ‘n groot oud reliefwerk-in-terracotta uit de jaren zestig van jouw hand, gewoon van een andere kleur te voor-zien, kon je er om lachen. Vijftig jaar eerder, toen je van plan was het te vernietigen, kregen we ’t mee naar huis omdat we dát ‘zo’n zeund’ vonden. Dertig jaar hing het aan het voeteneind van ons bed. Toen je erachter kwam dat Ad het had ‘gewit’ reageerde je met een brede smile van ‘Godver-domme jongen, wa hedde gaj lef om een werk van een groot kunstenaar zomaar over te schilderen.’ In ’t wit is ’t nog zeker twintig jaar blijven hangen. Nog maar kortgeleden zag je dat het weer ge-woon terracotta was geworden… ‘Hee…’, zei je en je kon er nog steeds om lachen.”
Ateliers
Begin jaren tachtig verhuist het gezin van Johan Claassen naar de Scheiweg en in 1993 trekt hij in één van de ateliers Nazareth aan het Binderseind. “Nazareth heeft het meest voor mij betekend in de tijd dat ik volop schilderde. Ik kon daar profiteren van het prachtige licht dat door de hoge ramen naar binnenviel”, zei hij over die tijd in het boek ‘De kunst van Nazareth’. Vanaf 1999 werkte hij vooral in zijn atelier in de bossen aan de Gro-telseheide. Die grote schuur stond zo vol met kunstwerken en grondstoffen voor nieuw werk, dat hij in zijn laatste levensjaren vaak verzuchtte: “Ik moet dit eigenlijk maar eens opruimen, maar ik weet niet waar ik moet beginnen.”
Vergeten
In 2009 publiceerde Galerie Willy Schoots in Eindhoven het boek ‘Aeolos’, waarin het oeuvre van Johan Claassen uitvoerig wordt belicht. “Johan Claassen behoort tot het naoorlogse naar welvaart tot elke prijs riekende Brabant, maar is ook oud genoeg om zich althans te herinneren dat hij iets heeft vergeten dat volstrekt anders was. Dat vergetene is de missing link in zijn autobiografie, de blinde vlek in zijn geestesoog en de duistere grond van zijn kunstenaarschap”, aldus een citaat van kunstcriticus Maarten Beks in Johans boek ‘Aeolos‘.In ‘Aeolos’ tekende Johan Claassen ook enkele van zijn dromen op. Die dromen zeggen volgens hem meer over de totstandkoming van zijn werk dan ‘wakkere taal’. Als kunstenaar staat Johan Claassen te boek als assemblagekunstenaar, beeldhouwer, schilder, tekenaar en graficus, maar de manier waarop Johan zijn dromen opschreef, is ook als een kunstvorm te zien.
Dromen
Zijn dromen inspireerden Johan Claassen niet alleen tot het máken van nieuw werk, door ze op te schrijven wáren het ook kunstwerken. Eén van zijn dromen die hij opschreef in ‘Aeolos’: “Gemert/Bakel, 24 dec. 2007. Ook over mijn vader gedroomd. Zag, hoe hem een mobieltje in zijn handen werd gedrukt, wat ik een gek gezicht vond omdat hij in 1966 overleden is, toen er nog geen mobieltjes waren en de telefoon alleen gebruikt werd voor iets noodzakelijks. ‘Het zal wel weer iets ergs zijn’, dacht ik, en jawel hoor, er was weer eens iemand dood. ‘Wie is het, wie is het?’ schreeuwde ik, omdat hij alsmaar niets zei. Gelukkig was het deze keer iemand die ik niet kende…”Van 1979 tot ver in de jaren ’90 was hij ook docent ruimtelijke vormgeving en tekenen aan de Tehatex van het Mollerinstituut in Tilburg, een beroepsopleiding tekenen, handvaardigheid en textiele werkvormen. Ook gaf hij beeldonderzoek en plastische vormgeving aan de Koninklijke academie voor Kunst en Vormgeving Sint-Joost in Den Bosch en aan de Academie Minerva in Groningen.
Zijn werken waren al begin jaren zeventig te zien tijdens exposities in het Noordbrabants Museum in Den Bosch, het Stedelijk Museum in Amsterdam en het Van Abbemuseum in Eindhoven. Eind jaren zeventig werd zijn werk tentoongesteld in Duisburg, Saarbrücken, Belgrado, Erlangen, Ingolstadt, Aalst/Alost en Reykjavik. Ondanks de internationale belangstelling bleef Johan Claassen toch vooral dicht bij huis zijn inspiratie vinden en zijn werk tonen.
Wolkenobservatorium
Johan Claassen heeft veel bijzondere werken nagelaten, zoals zijn wolkenobservatorium aan het IJsselmeer uit 1978 en zijn windtekeningen (aeolografieën). Hangend aan een touwtje liet Johan een door de wind bewogen pen op papier tekenen. Ook zijn vogelverschrikkers zijn fameus. Zijn schilderij bij het volkstuintje uit 1966 aan de Kerkstraat hield niet lang stand. Maar in Gemert staat voor het Commanderij College aan de Sleutelbosch nog wel zijn beeld ‘Figuur met zeisvorm’. Na het overlijden van zijn vrouw Jeanne in 1992 leerde hij Dorien Melis kennen, die in dezelfde periode haar echtgenoot verloor. Zij was ook een kunstenares en het klikte tussen die twee. Ze trouwden en samen zetten ze hun werk voort in een maatschap. Ze zouden ook samen exposeren, zoals in 2011 in de Cacaofabriek in Helmond.
Best gezellig
In een interview in het Eindhovens Dagblad ter gelegenheid van die gezamenlijke expositie Accordate in de Cacaofabriek zeggen ze over elkaars werk: “Johan: ‘Dorien heeft een heel andere aanpak dan ik. Niet zo chaotisch. Bedachtzamer.’ Dorien: ‘Jij bent een echte dromer. Vanuit die wereld ontstaan nieuwe dingen’.”Dorien overleed geheel onverwacht in 2021 en toen brak voor Johan een moeilijke tijd aan. Johan overleed na een kort ziekbed op vrijdag 20 oktober 2023. “Doodgaan is best gezellig”, zei hij in de laatste weken van zijn leven, toen hij veel bezoek ontving. Hij had toen nog actief meegewerkt aan de tentoonstelling ‘Altijd in het nu’ in de Cacaofabriek van acht kunstenaars op leeftijd die werd geopend op 10 december en te zien was tot 11 februari 2024. Op de website van de Cacaofabriek wordt het werk van Johan Claassen kort en bondig beschreven: “Zijn werk heeft een sterk associatief karakter in een mengeling van melancholie en humor. Vaak gaat het over menselijke werkzaamheid in de natuur, de liefde en alledaags geluk, maar eigenlijk gaat het over alles.”
BIJSCHRIFTEN BIJ ILLUSTRATIES:
Claassen in 2019 met recent werk. (Foto Paul Verhees)
Johan Claassen maakte deze muurschildering in 1970 aan de rand van een volkstuintje op een braakliggend stuk grond aan de Kerkstraat, waar warenhuis Magazijn ’t Schaap was afgebrand. (Archief heemkundekring De Kommanderij Gemert)
Johan Claassen in zijn atelier in de bossen in Bakel. (Foto Paul Verhees)
Het huisje aan de Handelseweg in Gemert, waar Johan in 1966 na zijn huwelijk met Jeanne ging wonen. (Archief heemkundekring De Kommanderij Gemert)
Een van de kunstwerken die Johan maakte rond het thema Vogelverschrikker. (Foto Paul Verhees)
Een foto van zijn huis aan de Handelseweg, zoals die is opgenomen in zijn boek ‘Aeolos’.
Johan Claassen schreef veel van zijn dromen op.